Wammes en Zonderland voldoen allebei aan de eisen, maar Wammes is de enige die tot nu toe ook vormbehoud toonde. Zonderland heeft daar volgens de bond nog een paar maanden de tijd voor. De advocaat van Wammes, Paul Scholten ontkent dit. Volgens hem moest Zonderland 'binnen vier weken na het testevent' vormbehoud tonen. "Ik zie geen enkele vorm van consistent beleid. Ze zien in Epke volgens mij de ideale schoonzoon'', zei Scholten na de zitting, die meer dan 2 uur in beslag nam. De KNGU hield vol dat de juiste procedures zijn gevolgd.
Niet objectiefDe turnbond kiest voor Zonderland, omdat die meer medaillekansen zou hebben op de Spelen. Wammes vindt de KNGU niet objectief. Zijn advocaat vroeg de bond tijdens het kort geding de keuze voor Zonderland terug te draaien en Wammes voor te dragen. De bond stelt dat beide turners zich genomineerd hebben, waarbij een van de twee (Zonderland) nog wel vormbehoud moet tonen. Daarvoor zijn in de regels momenten aangegeven met als laatste mogelijkheid het EK in mei. Volgens Wammes' advocaat had de KNGU dan niet een termijn van vier weken na het Olympisch Test Event in Londen (januari) aan moeten geven waarbinnen een keuze gemaakt voor Wammes of Zonderland zou worden.
TweestrijdAls de de keuze voor Zonderland niet wordt teruggedraaid, dan wil Scholten dat de rechter een wedstrijd aanwijst waarin beide turners hun kunnen op hun favoriete toestel moeten tonen. Ook wil hij in dat geval een meer op scores gerichte beoordeling. Wammes werd op het WK in Tokio weliswaar achtste in de sprongfinale, maar zat qua score dichter bij het podium dan Zonderland, die vijfde werd op rek. De bond stelt op basis van vergelijkingen van tal van wedstrijden te hebben gekozen voor de turner met de grootste medaillekansen op de Spelen.
'Weinig kans'Volgens sportverslaggever Peter de Bekker is de kans klein dat Wammes gelijk zal krijgen van de rechter. "Een paar jaar geleden zat ik bij de rechtszaak tussen de judoka's Grim Vuijsters en Dennis van der Geest. Ook die zaak werd aangespannen om de keuze van de bond richting de Spelen aan te vechten. Toen zei de rechter dat het niet netjes was van de bond om de regels zo open te stellen. Maar omdat de bond zich aan de regels hield, kon de rechter er weinig aan doen." Toch snapt De Bekker wel dat Wammes de zaak aanspant. "Als sporter wil je het hoogste bereiken. Dat zijn de Olympische Spelen voor Wammes. En dan wil je er alles aan doen om te zorgen dat je daar staat. Je zou jezelf wel voor je kop slaan als je deze mogelijkheid niet zou grijpen. Wammes heeft tenslotte aan de regels voldaan."