Er kruipen steeds meer gladde slangen door Brabant
Als je hem ziet mag je juist van geluk spreken, omdat hij nogal schuw is en zich graag verstopt.
Veel gedaan om te helpenVolgens boswachter Frans van Zijderveld van Natuurmonumenten is er de laatste jaren veel gedaan om de dieren te helpen. Er zitten twee populaties op de Kalmthoutse Heide en die zijn met elkaar in contact gebracht. Ze planten zich goed voort en de aantallen nemen dus toe. "Het is ook een compliment voor het beheer van de heide", zegt Van Zijderveld.
Waarschijnlijk woont de gladde slang op meer plekken in de streek, maar het probleem is dus dat hij zich bijna niet laat zien. Op zeker drie andere plekken in Brabant wordt hij wel eens gespot: in heidegebieden rond Eindhoven, in de Loonse en Drunense Duinen en in de Maashorst. "De gladde slang is koudbloedig, dus hij moet zich met zonlicht opwarmen. Daarom heeft hij open heidegebied nodig en vooral zand, in verband met de warmte", zegt Van Zijderveld.
Unieke tekeningHet bijzondere is dat iedere slang een unieke tekening heeft op zijn huid. Daardoor zijn ze van elkaar te onderscheiden en goed te volgen voor natuurbeheerders. Ook alle generaties worden waargenomen. Zo zijn op de heide al een wijfje gezien en een jong slangetje. Vooral vroeg in de ochtend worden ze nogal eens gezien, want dan zijn ze zich aan het opwarmen.
In Nederland wonen drie soorten slangen in het wild: de adder, de ringslang en de gladde slang.