Zuidelijke pijpbloemvlinderZiehier een bijzondere vlinder: de zuidelijke pijpbloemvlinder. Die komt in Nederland niet voor, maar is door iemand geweekt en hier ook losgelaten. Toen André van Drunen wilde weten om welke vlinder het ging, moest ik denken aan een bijzondere vorm van een koninginnenpage, die hier wel voor komt. De kweker meldde zich later bij André met de juiste benaming. Verwarring is inderdaad mogelijk, want deze zuidelijke pijpbloemvlinder is ook een dagvlinder uit de familie van de grote pages, net zo als de koninginnenpage.
Gewone wolzweverOp de hele mooie foto is duidelijk te zien dat het hier gaat om een speciale vlieg, de gewone wolzwever. Deze vlieg is een bloembezoeker en zuigt nectar met zijn lange zuigsnuit. Het vrouwtje is vaak zwevend boven een zandvlakte aan te treffen en steekt haar achterlijf telkens in het zand om de rijpe eieren met zand te bepoederen. Daarna vliegt ze naar de ingangen van nesten van zandbijen (Andrenasoorten) om daar de eieren af te werpen. De jonge larve kruipt in het nest en vervelt daar in een trage made. Hij leeft eerst van de stuifmeelvoorraad en consumeert daarna de bijenlarve.
Grote lijsterVolgens mij herken ik op de ietwat onscherpe foto toch duidelijk de vorm van een grote lijster. Deze lijster is als het ware een zanglijster in de overtreffende trap. Neemt een zanglijster genoegen met 'gewoon' bos, een grote lijster wil grotere bomen, grotere open plekken en grotere slakken. Parkachtige bossen en bosranden zijn typische plaatsen om grote lijsters aan te treffen. Deze vogels zoeken graag naar voedsel op open plekken in bossen en op graslanden.
MeikeverOp de foto is duidelijk een meikever te zien. Ook goed te zien is waarom mensen die kever ook wel mulder noemen. De witte harige bedekking doet mensen denken dat de kever uit het meel kwam, vandaar. Meikevers zijn kevers, en dus insecten uit de familie van de bladsprietkevers, zoals ook de mestkever. Ze staan bekend als plaaginsecten vanwege het vernielen van onder andere gladde gazons. De larven van de meikever doet zich tegoed aan wortels van grassen en geteelde planten. Ik vind het geen plaaginsect: in mijn tuin mogen ze lekker eten van die wortels.
Komkomdein mee op het zwijgenen dans de stilte meeomarm de zachte zuchtenen zing de zilte zee
komstap de luwte binnenen spreid je armen vrijkomlaten we beginnenbij joubij jouen mij