Het is een vrolijk duo, de tiener en de ervaren trainster. Van Gool (16) en Olyslager (52): ze lachen veel, maar als er gelopen moet worden, verandert dat. Marjan Olyslager begint dan te grommen en te gillen, en Joris Van Gool begeleidt elke stap met een blik alsof hij koorddanser is. Elke foute pas kan de laatste zijn.
Supertalent"Joris is een supertalent", vertelt Marjan Olyslager, zelf twaalf keer Nederlands kampioene in het hordelopen. "Niet alleen in hoe hij technisch loopt, maar ook als persoon. Hij wil elke dag leren en denkt er over na. Dat is zeldzaam. Ik denk dat hij een prachtige toekomst voor zich heeft. Het is een cadeautje, om als trainer met zo'n jongen te werken."
Specialisme van Van Gool is de 100 meter. Het is de meest basale vorm van sport, in gevecht met zeven andere atleten, een wedstrijdje wie het eerst aan de overkant is. "Het is heerlijk om al mijn energie kwijt te kunnen in zo'n afstand. Je hoeft niet na te denken, het is gewoon klaar zitten en vol gaan."
Olympische SpelenDe Brabantse sprinter wil de wereld veroveren, en heeft al een plan in zijn hoofd. "Over twee jaar wil ik 10.55 lopen. En uiteindelijk wil ik in 2020 op de Olympische Spelen staan in Tokyo. En als ik zo doorga als nu, dan zou dat misschen wel kunnen lukken."
Maar eerst Tweede Pinksterdag naar de T-meeting, in Tilburg. Een wedstrijd waarbij Van Gool zich richt op zijn eigen PR. Dat is nu 10.87, en zou maandag zomaar verbroken kunnen worden. Dat hoopt vooral coach Olyslager. Van Gool: "Wij hebben een weddenschap. Als ik lager dan 10.70 loop, dan gaat mijn hoofd kaal. Haal ik het niet, dan gaat Marjans hoofd helemaal kaal. Dus laat ik maar gewoon een PR lopen, dat is voor iedereen het beste."