Dat bleek donderdag in een Kamerdebat. De verhoging afgelopen 1 januari van de accijns op diesel en lpg is omstreden. Bij de oppositie, maar ook bij pomphouders en werkgevers in de grensstreek. Volgens hen gaan mensen massaal over de grens tanken en ook daar hun boodschappen doen. Dat leidt tot faillissementen onder pomphouders en meer werkloosheid.
Wiebes en de regeringspartijen ontkennen het leed in de grensstreek niet, maar stellen dat dat maar voor een klein deel veroorzaakt is door de accijnsverhoging. Die terugdraaien zou de pomphouders en bedrijven niet helpen, zei Wiebes donderdag.
71 miljoen euro extraEen ander belangrijk argument van de tegenstanders was dat de accijnsverhoging door het vele tanken over de grens niet zou leiden tot extra inkomsten voor de schatkist. Wiebes weersprak dat donderdag opnieuw.
De hogere dieselaccijns heeft in de eerste 4 maanden van dit jaar 73 miljoen euro extra opgeleverd ten opzichte van de zelfde periode vorig jaar.
'Iets' doenWiebes sloot zich aan bij pleidooien van de VVD en PvdA om 'iets' te doen voor het midden- en kleinbedrijf in de grensstreek.
Hij zei dat minister Stef Blok (Wonen en Rijksdienst) in de zomer zal reageren op een PvdA-plan met 51 aanbevelingen om de werkloosheid en economische problemen in krimpgebieden (vaak in de grensstreek) aan te pakken.
Bovag naar de rechterBrancheorganisatie Bovag liet na het debat weten vrijwel zeker naar de rechter te gaan om compensatie te eisen voor de schade van de accijnsverhoging voor pomphouders in de grensstreek. De organisatie onderzoekt of de zaak samen met BETA, de belangenclub van onafhankelijke pomphouders, kan worden aangespannen tegen de Staat.
BETA schat de geschatte schade op twee ton per tankstation. De omvang van de claim moet nog worden bepaald, maar deze kan oplopen tot 80 miljoen euro,