Op 39-jarige leeftijd werd bij Jan Mulders (1959) de ziekte Parkinson vastgesteld. Het begon met een pijnlijke schouder. "Geleidelijk aan werd het steeds erger", zegt Mulders. "De pijn in mijn spieren was soms niet te houden. Om naar de wc te kunnen moest ik me weleens over de grond voortslepen."
Om de pijn enigszins te onderdrukken slikte Mulders pillen, op een gegeven moment 28 per dag. "Dat was toch wel iets te veel van het goede. Het was een enorme confrontatie met m'n ziekte. Ze hadden ook de nodige bijwerkingen. De kwaliteit van m'n leven holde achteruit.'
DBSDan krijgt Mulders de kans om in Antwerpen een Deep Brain Stimulation-operatie te ondergaan. "Er zijn  elektroden in m'n hersenen geplaatst. Een niet geheel ongevaarlijke operatie. Het helpt de symptomen van Parkinson te bestrijden." De operatie slaat aan. Mulders heeft geen pijn meer en hoeft geen pillen meer te slikken. Alleen lopen en praten gaan nog wel wat moeizaam. "Maar daar valt prima mee te leven", zegt Mulders.
Over zijn ziekte en de operatie schreef Mulders een boekje. Het heet 'Parkinson: van 28 tabletten naar DBS. Een leven voor en na Deep Brain Stimulation'. "Ik kreeg altijd veel vragen over Parkinson", zegt Mulders. "Ik dacht: ik moet het allemaal maar eens opschrijven. Ik hoop dat veel mensen er iets aan hebben."