Kettingbotsingen in mist geen zeldzaamheid: West-Brabant vatbaar voor zichtbelemmerend weer
Twee doden en veel gewonden waren dinsdag te betreuren op de A58 tussen Goes en Middelburg in de provincie Zeeland. Dichte mist zorgde voor meerdere kettingbotsingen op de snelweg. Niet zelden ontstaan kettingbotsingen door mist, zo ook in het verleden in Brabant. Allemaal in het westen van de provincie, valt op.
West-Brabant vatbaar voor mistZo kostte een kettingbotsing in 1972 het leven van dertien mensen op de A16 bij Prinsenbeek. 26 mensen raakten daar gewond. Veel van de kennis die het KNMI nu over mist heeft, komt van een meetpunt dat bij Prinsenbeek werd geplaatst na de verkeersramp.
“Water koelt minder snel af, daardoor hing er boven de Markbrug toen bijna geen mist. Automobilisten reden het Brabantse land in en daar hingen dikke mistbanken. Toen ontstond de kettingbotsing. Als reactie daarop hebben we daar meetpunten geplaatst”, legt Rob Sluijter van het KNMI uit.
In de gebieden in West-Brabant waar de snelwegen A58 en A16 liggen, kan snel mist ontstaan. Zo was mist de oorzaak van grote kettingbotsingen op de A58 richting Bergen op Zoom in 2001 en bij Breda in 1990. Vooral op het platteland en bij het water ontstaat snel mist. Sluijter: “Mist ontstaat als er te veel vocht in de lucht zit. Dat kan gebeuren als lucht te veel afkoelt."
Lokale verschillen doorslaggevendOp sommige plekken koelt het sneller af en is het vochtiger, op het platteland bijvoorbeeld. Dat werkt mist in de hand. Wel gaan deze typeringen niet altijd voor dezelfde plekken op, benadrukt Sluijter: “Het gaat om erg lokale verschillen. Zo komt mist bij Gilze-Rijen 82 dagen per jaar voor, en bij Volkel 67 dagen.”
De ongelukken in 2001 en 1990 waren allebei in het najaar. Dat zijn ook perioden waarin mist vaker voorkomt tijdens de spits, weet Sluijter. “Mist ontstaat vooral ’s nachts omdat de temperatuur dan daalt. In het voor- en najaar is het tijdens de ochtendspits nog vaak koud, daarom kan het dan mistig zijn.”
Op de snelweg A16 waarschuwt Rijkswaterstaat weggebruikers voor mist via een speciaal mistsignaleringssysteem. Dat systeem is geïnstalleerd na zware kettingbotsingen in het verleden. Als het moet, wordt daar de maximumsnelheid verlaagd. “Dat systeem en adviesborden zijn zo’n beetje wel het enige dat je kunt doen om te waarschuwen voor mist”, weet Jan-Kees van Elderen, docent verkeersveiligheid aan de NHTV in Breda.
Of er genoeg van dit soort systemen bestaan, kan Van Elderen moeilijk beoordelen: “Het is ook maar de vraag hoeveel je moet waarschuwen op de weg. Gaan we dan ook overal waarschuwen voor verblindende zon bijvoorbeeld? Rijkswaterstaat maakt daar haar eigen afwegingen in.”