De krimp is goed te zien op de kleinere markten in grotere steden. Zoals die op het Sint Gerardusplein in Eindhoven. Elke vrijdagmiddag is er hier markt, al vijftig jaar lang. Maar de laatste paar jaar neemt het aantal bezoekers drastisch af. Net als de omzet van de kooplui. En daardoor vertrekken er weer kooplieden met hun kraam, waardoor de markt kleiner wordt. En op een kleinere markt komen weer minder klanten af. Een vicieuze cirkel dus.
Stef van Goor van branchevereniging CVAH voor marktkooplui: "Je kunt tegenwoordig om één uur 's nachts van achter je laptop kleding bestellen. Daar kun je als marktkoopman gewoon niet tegenop. Wij moeten het hebben van de sfeer, de beleving, de service en vaak ook van de prijs. Maar we verliezen als sector gewoon veel klanten aan onlinewinkels."
Andere plekDe krimp van de markten leidt er toe dat de kraampjes van de verschillende ondernemers naar elkaar toe worden geschoven. En dus krijgen de kooplui na jaren opeens een nieuwe plek toegewezen. Broekhof, die al 42 jaar stroopwafels verkoopt op de markt: "Daar zit natuurlijk geen enkele koopman op te wachten."
José Lenaerts verkoopt al tientallen jaren tassen en portemonnees op verschillende markten, waaronder die op het Sint Gerardusplein. Lenaerts: "Nu mogen we opeens de auto niet meer achter het kraampje laten staan. Of we krijgen ineens een nieuwe buurman. Of we kijken tegen de achterkant van iemand zijn busje aan. Het is echt verschrikkelijk, een fijne collega is hierom zelfs na achttien jaar gestopt op de markt."
Zelf runnenIn vijf Brabantse plaatsen - Bladel, Bergeijk, Boekel, Drunen en Valkenswaard - wordt sinds kort gewerkt met een nieuw systeem. Niet de marktmeester van de gemeente, maar de kooplieden zelf bepalen hoe de markt gerund wordt. Dat betekent minder kosten en meer verantwoordelijkheden.
Jan Zwarthoed staat als visboer al jaren op de markt in Valkenswaard. Zwarthoed: "Het is een geweldige een uitkomst voor ons, want de markt leeft nu nog méér dan voorheen. We regelen van alles, zoals live-bandjes, shows, noem het allemaal maar op. We zorgen er samen voor dat mensen uit Nederland én België naar de markt in Valkenswaard blijven komen."