Basketballer Aarts na botsing met speler: gebroken jukbeen, dikke wang en acht weken uit roulatie
Zo op het oog lijkt er niets aan de hand. Ja, de rechterwang van Aarts is ietwat aan de dikke kant, alsof hij een verstandskies heeft laten trekken.
Gebroken jukbeenMaar aan het gezicht van Marcel Aarts is de pijn af te lezen. Zijn lippen gaan in een slakkentempo op en neer, terwijl hij probeert te vertellen wat hem zondag is overkomen.
"Ik wist niet precies hoe het gebeurde. Pas toen ik in het ziekenhuis lag, kreeg ik de beelden te zien van de botsing. In een reboundsituatie kwam een speler van Zwolle tegen me aan. Dat ging gepaard met nogal wat kracht. Nu is mijn jukbeen gebroken."
Burton geen lichtgewichtTwee spelers die tegen elkaar botsen. Het is geen uitzonderlijke situatie op het basketbalveld. Vaak kunnen beide spelers de wedstrijd zonder schrammen hervatten.
Maar Aarts had pech. De tegenstander waarmee hij in aanraking kwam is niet bepaald een lichtgewicht. Joe Burton weegt meer dan 130 kilo en was aardig op snelheid toen Aarts op zijn pad kwam.
“Een ongelukkige samenloop", zo omschrijft de Bossche center het ongeluk. "Hij (Joe Burton, red.) gaat er hard in en het is een zware jongen. En als hij mij dan ook nog eens op de verkeerde plek raakt, dan gebeurt er dit blijkbaar." Dat er geen opzet is het spel was, bewees Burton 's avonds in het ziekenhuis. Met een bloemetje in zijn hand bezocht hij Aarts in het Zwolse ziekenhuis.
RevalidatieHoe zijn revalidatie eruit ziet, weet de Empelse basketballer nog niet. Over twee weken staat een afspraak gepland bij de kaakchirurg. "Afhankelijk van wat daar uitkomt gaan we kijken wat het revalidatieplan wordt."
Duidelijk is wel dat hij de komende weken niets mag doen. Dus ook niet fietsen of hardlopen. “Ik voel me lichtjes in mijn hoofd. Als ik niets doe, dan gaat het wel. Maar zodra ik ga bewegen merk ik dat het niet goed zit."
Play-offs om landstitelEind april beginnen de play-offs om de landstitel. Of Aarts voor die tijd volledig hersteld is van zijn blessure, is nog maar de vraag.