De zogenoemde grenslijkzaak is een gruwelijke zaak. In 2007 wordt het lichaam van de Wit-Russische Katrina gevonden in verregaande staat van ontbinding, het is 'verzeept' in een kliko met purschuim. Haar vriend Robert-Jan B. (44 jaar)  is vrijwel meteen de enige verdachte in de zaak. Hij wordt in 2013 door de rechter in Breda veroordeeld tot 11 jaar gevangenisstraf voor doodslag en het verbergen van het lijk.
Hoge raadMaar B. is het er niet mee eens. Hij heeft altijd glashard ontkend zijn vrouw te hebben vermoord. Hij gaat in hoger beroep bij het gerechtshof in Den Bosch in de hoop op vrijspraak, of een lagere straf. Maar het Hof oordeelde vandaag zelfs een strengere straf dan de rechtbank van Breda.
Het gerechtshof acht bewezen dat hij haar na een heftige ruzie heeft gewurgd en haar lichaam heeft verborgen. Twaalf jaar cel heeft hij opgelegd gekregen, de kans is groot dat hij ook tegen dit arrest van het hof in cassatie gaat bij de Hoge Raad.
Het gerechtshof in Den Bosch oordeelde extra streng vanwege de ernst van het delict, maar ook alle leugenachtige verklaringen van B. "U heeft nabestaanden voorgelogen over waar Katrina was, u heeft hen hoop gegeven dat ze nog in leven was, dat maakt het nog erger."
Geen moeder meerOok noemde het Hof het gruwelijk dat de dochter van Katrina en Robert Jan B. geen moeder meer heeft. "Zij moet leren leven met het feit dat haar vader haar moeder om het leven heeft gebracht. En u bent respectloos met het dode lichaam omgegaan. Ze is met haar hoofd naar beneden in een vuilcontainer met pur verborgen, in een kist die op de speelkamer werd gezet. U heeft uw dochter maandenlang laten spelen in de omgeving van de kist."
Robert-Jan B. hoorde de uitspraak van het gerechtshof aan, begroette zoals tijdens alle zaken de pers en verliet na afloop de zaal in stilte. Zijn advocaat Peter van Zon was na de zitting duidelijk. "Bittere pil zo'n uitspraak als je nog steeds claimt onschuldig te zijn, ik adviseer hem naar de Hoge Raad te gaan, maar het is aan hem."