Het verhaal van de oorlogsgrafjes kwam vorig jaar aan het licht doordat Neel van den Oever een boek over de geschiedenis van het Rooms-Katholieke internaat in Druten schreef.
Zij werd benaderd door iemand die weer via via wist dat de meisjes in de tuin van het kasteel waren begraven. Dat zou stiekem hebben gemoeten omdat er niet begraven mocht worden van de Duitsers, staat te lezen op de internetsite van Stichting De Grebbeberg.
OnderzoekWaterschap Brabantse Delta, nu de bewoner van Kasteel Bouvigne, de gemeente Breda en de politie werken nu aan het onderzoek in de tuin van het kasteel. Donderdag gaat de politie de grafjes openen en start er een identiteitsonderzoek.
"Het is nog helemaal niet zeker dat de meisjes er ook daadwerkelijk liggen", zegt woordvoerder Jiske van Pelt van de politie in Breda. "We gaan het onderzoeken omdat beide families de lichamen van de meisjes willen herbegraven." Een van de families komt uit Brabant.
Veilige plekDe 400 zwakzinnige kinderen zouden aanvankelijk een veilig heenkomen krijgen op de KMA in Breda, maar de burgemeester van Breda moest op het laatste moment het plan wijzigen en dus gingen de meisjes en het personeel van De Boldershof naar Kasteel Bouvigne.
Het stadsarchief van Breda heeft eerder aandacht besteed aan het verhaal van de evacuatie van De Boldershof en de vraag naar de twee grafjes. Er was twijfel of de grafjes er nog zouden zijn, maar samen met Waterschap Brabantse Delta werd de plek weer gevonden.
'Uitputting, verzwakking en ondervoeding'Volgens een woordvoerder van Stichting 's Heerenloo, waar De Bolderhof nu onder valt, zouden de meisjes gestorven zijn door uitputting, verzwakking en ondervoeding in deze oorlogsperiode. "De identiteit is nooit achterhaald, dus nu wordt er eerst gekeken of ze er echt liggen."
De tuin van Bouvigne is donderdag tijdens het onderzoek gesloten.