Het begon allemaal toen NAC in 1975 lichtmasten kreeg en daarmee in de avond kon gaan voetballen. Tegen Fortuna Düsseldorf uit Duitsland werd het ‘avondje NAC’ geboren. Al was het niet voor iedereen vanaf dat moment een begrip.
Het elftal stond destijds onder leiding van Bob Maaskant, maar van die wedstrijd kan hij zich niet veel meer herinneren, zo vertelt hij. “Ik heb gelezen dat dat tegen Fortuna Düsseldorf geweest is en dat de eindstand 2-2 was. Later hoorde ik dat Addy Brouwers de allereerste goal gemaakt heeft, maar ik kan mij die wedstrijd niet herinneren.”

Vastgeketend aan doelpaalWie zich de wedstrijden van de NOAD ADVENDO Combinatie zeer waarschijnlijk nog wel kan herinneren is supporter Jos Frijters. Hij ketende zich tijdens een van die avondwedstrijden vast aan de doelpaal om te protesteren tegen het wanbeleid van de club.
“We hadden van tevoren even gecheckt wat de maximale straf was die we konden krijgen”, begint Frijters zijn anekdote. “Dat was acht uur worden vastgehouden. Dus ik zei tegen mijn vriendin: ‘Er gaat vanavond iets gebeuren, maar ik ben hoe dan ook morgenvroeg om zeven uur weer thuis.’”

Omdat het moment allemaal werd vastgelegd door verslaggever Felix Meurders van de VARA, wordt Frijters tot op de dag van vandaag nog herinnerd aan het moment. “Er is ook een leven buiten NAC, maar overal waar ik op kom, op verjaardagen, op mijn werk, altijd wordt dát fragment er weer bijgehaald."

De derde helftTijdens de avond worden nog meer anekdotes gedeeld over tienduizendklappers, potjes tafelvoetbal op de middenstip en met vaseline ingesmeerde varkens die los werden gelaten in het stadion. Maar voor veel supporters lijkt toch vooral de derde helft onlosmakelijk verbonden aan het ‘avondje NAC’.
Maar, waar de meeste supporters antwoorden met “Bier drinken en kut roepen!” op de vraag wat een avondje NAC voor ze betekent, weet een supporter toch ook de eeuwige trouw aan de club in het geel zwart te verwoorden. “Ze vroegen op school aan mijn zoontje voor welke club hij volgend jaar is, als NAC degradeert. Hij keek ze aan en zei: ‘Voor NAC natuurlijk!' Dat is NAC.”