De Philharmonie is in 2012 ontstaan na bezuinigingen door het rijk. Het Brabants Orkest en het Limburgs Symphonie Orkest werden toen gedwongen tot een fusie. Het nieuwe orkest geeft op veel plaatsen in Limburg, Brabant en Zeeland concerten maar repeteert in Maastricht en Eindhoven. Regelmatig wordt het orkest in twee kernen opgedeeld die elk een ander programma repeteren en uitvoeren.
Alleen geld bij keusVolgens de Raad voor Cultuur moet het orkest vaker als groot orkest op één plaats repeteren. De raad gaat ervan uit dat de kwaliteit van het orkest dan nog beter wordt. De raad vindt dat zo belangrijk dat ze de zeven miljoen rijkssubsidie voor het orkest alleen wil geven als er een plan komt voor één orkest in één vestigingsplaats. In 2019 moet het orkest dan weg zijn uit Maastricht of uit Eindhoven.
Minister Bussemaker heeft zich over deze kwestie nog niet uitgelaten. Tijdens een debat in de kamercommissie voor cultuur zei ze donderdag wel dat ze het complete advies van de Raad voor Cultuur voor alle grote culturele instellingen zo veel mogelijk wil uitvoeren. De keus om het orkest wel of niet te subsidiëren ligt nu eerst bij Bussemaker en daarna bij het parlement.
Twaalf miljoenHet huidige orkest wordt gesubsidieerd door het rijk, door de provincies Limburg en Brabant en door de gemeenten Maastricht en Eindhoven. Met de rijkssubsidie van zeven miljoen komt het orkest zo uit op een totale begroting van bijna twaalf miljoen euro.
De beslissing om te vertrekken uit Maastricht of Eindhoven zou daarom ook wel eens financiële gevolgen voor het orkest kunnen hebben. Volgens de Philharmonie is het niet netjes als het rijk zo'n beslissing zou nemen zonder met andere overheden te overleggen.