Vogels die besmet zijn, leggen na twee tot drie dagen het loodje. "Belangrijkste oorzaak van de uitbraak van het virus is de lange nazomer en de daardoor nog actieve muggen", zegt Magriet Montizaan van het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC). Merels die besmet zijn met het virus hebben een slordig verenkleed en zijn sterk vermagerd. Ook hebben ze evenwichtsstoornissen en kunnen ze moeilijk vliegen.
Het virus is niet gevaarlijk voor mensen. Montizaan: "Er zijn in Europa verschillende uitbraken van het virus geweest. Voor zover bekend zijn er slechts vijf mensen besmet geraakt. Als klachten hadden zij een verzwakking van het immuunsysteem."
Miljoenen merelsDe merel is in Nederland de meest voorkomende tuinvogel. Er zijn er miljoenen, dus de soort wordt niet in zijn voortbestaan bedreigd door de uitbraak van het virus. De verwachting is dat merels uiteindelijk immuun worden voor het virus. "Als de temperatuur daalt, zal het snel over zijn met het virus", voorspelt Montizaan.
Boswachter Frans Kapteijns vult aan: "Mensen willen altijd graag vogels in nood helpen, maar in dit geval heeft dat geen zin. Wil je dat toch doen, trek dan wegwerp handschoenen aan. Werp de gevonden vogels in de GFT-kliko of begraaf ze in de tuin. het liefst dicht bij de vindplaats, niet te veel mee gaan slepen."
In 2012 brak het virus uit in Duitsland. Meer dan 300.000 vogels vonden toen de dood.
MeldenDe Vogelbescherming en het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) roepen mensen op om dode merels te melden. Zo kan een beter beeld gevormd worden van het aantal dode dieren dat door het virus is gestorven.