Woonwagenbewoners hoeven niet meer 'uit te sterven' in Oss
De gemeente Oss maakte zich een lange tijd schuldig aan het discrimineren van woonwagenbewoners, oordeelde het College voor de Rechten van de Mens in 2014. De gemeente voerde een zogenoemd uitsterfbeleid om zo doelbewust de woonwagenkampen in de regio Oss kleiner te maken.
ZIE OOK: Woonwagenbewoner uit Oss moet na dood moeder weg vanwege ‘uitsterfconstructie'
UitsterfbeleidDit beleid hield in dat als er een plek op een woonwagenkamp leeg kwam te staan, daar niemand anders mocht wonen. De plek werd 'vernietigd' en daarmee het kamp kleiner gemaakt. Volgens het rechtsorgaan is dat verboden en beoordeelde de gemeente de woonwagenbewoners op hun ras.
Oss trok zich de uitspraak aan besloot en woonwagenbeleid opnieuw te bekijken. Het college van B&W stelt nu aan de gemeenteraad voor om het afbouwbeleid los te laten en te zorgen dat er ook op langere termijn woonwagenstandplaatsen zullen zijn.
ZIE OOK: Gemeente Oss veroordeeld voor discrimineren woonwagenbewoners na uitsterfbeleid: ‘Enorme opluchting’
Minder locatiesDit gebeurt wel op minder locaties. Volgens het college schiet een aantal locaties tekort als het gaat om ligging en woonkwaliteit. Het gaat om de locaties Singel 40-45, Hoogheuvelstraat, Joost van de Vondellaan, Maasstraat (Lith) en Kerkesteeg (Geffen). Dat wil zeggen dat de bewoners daar, net zoals nu, kunnen blijven wonen, maar dat de standplaats wordt opgeheven als die door vertrek van een bewoner vrijkomt.
Het voorstel betekent volgens het college een drastische wijziging van beleid en een nieuwe start. Kern van het nieuwe beleid is dat woonwagenbewoners niet anders behandeld worden dan andere inwoners.