Clubicoon Peter van Biezen zwaait af bij Destil Trappers: 'Met een trots en dubbel gevoel'
Trappers speelt zondagavond het tweede play-offduel met Selber Wölfe, een wedstrijd waarin Van Biezen sowieso niet zou spelen. Hij slikt als gevolg van een aantal blessures namelijk bloedverdunners. “En dan is een contactsport uit den boze”, aldus Van Biezen, de man die juist geen duel schuwde en nooit opgaf. Het leverde hem nota bene de bijnaam ‘Back Check’ op.
“Het is een beetje dubbel”, aldus Van Biezen. “Dit zou sowieso mijn laatste seizoen zijn, maar ik had graag zélf willen bepalen wanneer ik stop. Het loopt nu heel anders dan ik voor ogen had. Ik had volgend jaar bijvoorbeeld mijn ervaring willen delen met het tweede team van Trappers, maar dat gaat ‘m nu niet worden. Zuur.”
Trots
Los daarvan kan Van Biezen terugkijken op een glansrijke carrière met tal van hoogtepunten. “Vijf landstitels, één Oberliga-titel en zeven bekerzeges”, lepelt hij moeiteloos op. “Met uit m’n hoofd 790 officiële wedstrijden, 285 goals en 551 assists. Oh, en 1350 strafminuten”, grinnikt hij.
Over zijn hoogtepunt in 17 jaar ijshockey, hoeft hij slechts een seconde na te denken. " De Oberliga-titel van vorig jaar. Het was een moeilijk jaar, waarin zó veel gebeurde. We zijn toen echt naar elkaar toegegroeid en gaan strijden. Dat was een geweldige prijs."
Lofuitingen
Zijn loyaliteit, toewijding en keiharde werken maakten Van Biezen tot een publiekslieveling pur sang. Ron Berteling, ‘Mister IJshockey’ en Nederlands recordinternational, meent zelfs dat Trappers actie moet ondernemen. “In Stappegoor hebben ze van die mooie gele banners hangen. Daar moét er eentje bij. Nummer 19 mag daar niet ontbreken. Ik weet dat hij gewaardeerd wordt, maar het zou mooi zijn wanneer hij ook de erkenning krijgt die hij verdient”, zo valt te lezen tussen de vele loftuitingen aan het adres van de 34-jarige Van Biezen.
“Dat had ik niet aan zien komen”, reageert hij. “En het mooie is dat al die oud-ploeggenoten en iconen hetzelfde over me zeggen. Mijn rugnummer op zo’n banner terugzien, zou de laatste droom zijn die uitkomt. Die eerste is er al, toen ik de hoogste Nederlander werd op de topscorerslijst in de geschiedenis van Trappers. Mijn nummer te zien hangen in het stadion zou een gewéldige eer zijn. Ik hoop het.”