100 jaar geleden werd de Edah opgericht: 'De jam van den Edah was plek, plek'
In het museum hangen drie statige portretten. "De Edah kent eigenlijk vier oprichters", vertelt Tonny Raaijmakers, bestuurslid van het museum. "Maar een van hen wilde niet verder, toch bleef de eerste letter van zijn achternaam in de bedrijfsnaam staan. Ebben, Damen, Aukes en Hettema, vier heren, die oorspronkelijk uit Friesland kwamen.
Jam van den Edah...
Grote trots van het museum is een oude kassa uit het Edah-filiaal in Bussum. Uit 1913 komt-ie. "Eigenlijk is het gewoon een kunstwerk," zegt Gerard Niewerth van het museum. Maar er is nog meer te zien. Zo is er een slagerij en bakkerij nagebouwd. En een oud kruidenierswinkeltje.
Beroemd was de jam van de Edah, die vroeger nog uit een kratje met vetvrij papier werd verkocht. "De klant kwam dan met een eigen potje naar de winkel," zegt Tonny Raaijmakers. "Maar de jam plakte enorm, vandaar dat de Helmonders altijd zeiden: Jam van den Edah, plek, plek."
Speldjesmanie
Een vitrine in het museum herinnert nog aan de speldjesmanie van de jaren zestig en zeventig. "Mensen die hier binnenkomen, reageren er meteen op. De speldjes vormen de moeder aller verzamelingen," lacht Marcel Sanders van het museum. "Die speldjes hadden een enorme impact op de markt. Fabrikanten wilden per se een speldje bij hun producten, anders hadden ze een groot probleem."
Het Edah-museum viert dus feest, maar misschien is die feestvreugde van korte duur. Het museum heeft een nieuw onderkomen nodig, want op de plek van het hoofdkantoor van de Edah worden nieuwe dingen ontwikkeld. "Ik hoop dat het lukt, want dit zet je niet zomaar op Marktplaats," zegt Gerard Niewerth. "We hebben al honderd jaar Edah in Helmond, dat doek je niet zomaar op."