In het wielrennen is een hartcontrole wél verplicht: 'Dat is maar goed ook'
Vier maanden stond hij aan de kant na zijn medische keuring in 2000. "De dokter vroeg of ik even mee wilde komen, dan weet je al wel dat er iets niet goed zit", zegt hij over het moment dat hij te horen kreeg dat hij een hartaandoening heeft. "Ik had nog nooit ergens last van gehad."
Verhagen had geluk: "Tijdens de operatie kwamen ze erachter dat het niet levensbedreigend is. Eén op de duizend mensen heeft er last van. Je hebt ook een gevaarlijke variant, dat heeft ongeveer één op de drieduizend mensen. Ik had mazzel."
Gered
Maar de fietsfanaat, die uiteindelijk toch een carrière wist op te bouwen in de wielrennerij als coach, is daarom niet minder dankbaar dat de tests er zijn. Hij kent meerdere mensen die er waarschijnlijk door zijn gered: "Tegen een goede kennis van mij werd gezegd: Misschien kan je beter gaan golfen. Hij leeft, maar kan nooit meer fanatiek sporten."
Of de test ook bij andere sporten ingevoerd moeten worden, daar wil hij zich niet aan branden: "Er zijn achtduizend wedstrijdwielrenners in Nederland, dat is toch wat anders dan een paar miljoen voetballers."