Adrie van den Berk: 'Nederlandstalige muziek hangt aan de achterste mem'
In het advies stelt de raad dat de overheid bij het verdelen van subsidie moet kijken naar de volledige breedte van de muzieksector. Er mag geen enkele genre worden buitengesloten, meent de raad.
"Eerst zien dan geloven", zegt de Eindhovense muziekproducer Adrie van den Berk van Berkmuziek. "Het Nederlandstalige lied heeft nog nooit één cent subsidie ontvangen."
Commercieel
"Het is inderdaad niet de bedoeling dat commerciële artiesten die succesvol zijn subsidie krijgen", laat Lonneke Kok van de Raad voor Cultuur weten. Dat zou wel kunnen als een Nederlandstalige artiest een bijzonder project gaat doen, bijvoorbeeld optreden met een symphonisch orkest.
Adrie van den Berk vindt dat er wordt neergekeken op het Nederlandstalige genre: "Ze hebben het dan over muzikaal verantwoorde muziek, maar ja, je mag nooit oordelen over waar een ander van houdt. De een houdt van klassieke muziek, de ander van Nederlandstalig."
Achterste mem
Van den Berk zegt dat het Brabantse en het Nederlandstalige lied aan de 'achterste mem' hangen. Aan de Raad voor Cultuur heeft hij geen boodschap: "Het is dat iedereen mij erover belt vandaag, maar het zegt mij eigenlijk niks."