Van Stekelenburg zou de huurverplichtingen volgens de gemeente structureel niet zijn nagekomen. Zo zou de watermolen onder andere niet vaak genoeg draaien. Ook zou de gehuurde molen volstaan met winkelwaar, waardoor de brandveiligheid in het gevaar zou komen. 

Van Stekelenburg is ruim dertig jaar molenaar, een taak die hij overnam van zijn vader. Zijn familie laat de molen al zes generaties draaien, waarmee het de oudste molenaarsfamilie van Nederland is.

'Donderslag bij heldere hemel'
Voor Van Stekelenburg kwamen de beschuldigingen van de gemeente als 'donderslag bij heldere hemel', vertelt hij aan Omroep Brabant. "Ik ben het er absoluut niet mee eens. Toen ik dit hoorde, dacht ik, wat overkomt me nu?" Van Stekelenburg vermoedt dat de gemeente al plannen heeft voor de molen.

Volgens de gemeente klopt daar niets van. De gemeente zegt dat de molenaar jarenlang is aangesproken op de problemen, maar zonder resultaat. De gemeente is in gesprek met de Stichting De Eindhovense Molens om het beheer van de molen over te nemen.

Gemeente kreeg al eerder gelijk
Begin november stelde de rechter de gemeente al in het gelijk. De gemeente mocht het huurcontract opzeggen en Van Stekelenburg moest uit de molen. De molenaar ging in hoger beroep en spande in de tussentijd een kort geding aan, in de hoop dat hij in de molen kon blijven tot zijn hoger beroep werd behandeld. Maar daar trekt de voorzieningenrechter nu een streep door.

Uit de fysieke staat van het maalgestel valt op te maken dat de Watermolen als geheel langere tijd niet in gebruik is. Voor het behoud van de Watermolen is het essentieel dat deze ook als zodanig wordt gebruikt. Ook is de huurder -onder meer- nalatig in het melden van gebreken en schadeposten aan de Genneper Watermolen, is er zonder toestemming een luifel aangebracht en staat het gehuurde vol met winkelwaar, waardoor de ruimten niet vrij toegankelijk zijn en de brandveiligheid in het geding is. De huurder is hier jarenlang (ook in persoonlijke gesprekken) op aangesproken, helaas telkens zonder resultaat. 

Omdat de huurder stelselmatig tekort is geschoten in zijn verplichtingen en hij geen enkel gehoor heeft gegeven aan onze jarenlange aanwijzingen waren wij genoodzaakt de zaak voor te leggen aan de kantonrechter. 

Het vonnis hebben we vrijdag 10 november jl ontvangen, en bevestigde dat de huurder ernstig in strijd heeft gehandeld met goed huurderschap en de cultuurhistorische en publiekswaarde van dit Rijksmonument onvoldoende gerespecteerd.