In het Omroep Brabant-programma Wakker zegt de tv-kok: “Het was leerzaam, innoverend. Ik heb er een hoop van geleerd. Het is een hechte familie met roots in de buurt. Ze zijn in het verleden niet onverdienstelijk geweest."

Tekst gaat door onder de video.

Dat de familie eigenwijs was, zorgde tijdens de opnames voor veel frustratie bij Den Blijker. "Advies of niet, ze hebben gekozen voor iets waar ze heel veel ervaring in hebben. De zalen leveren door de carnaval het meeste geld op, dat kunnen ze als geen ander inschatten. Maar het is een beetje zuur als je denkt dat je de kamers en restaurant gaat doen, en dat gebeurt niet. Maar het was in ieder geval leuk om te doen.”

Spannende tv
Volgens Janny Zoontjens-Mutsaers ging het tussen de twee partijen beter, dan de uitzendingen doen vermoeden. “Het komt inderdaad niet altijd positief over. Maar Den Blijker, Reimers en de tv-ploeg zijn een half jaar over de vloer geweest. Er zijn ook leuke dagen geweest, maar ze zenden niet alles uit. Het gaat ook om spannende tv.”

Het programma was een kijkcijferhit. Naar de laatste en achtste aflevering die woensdag werd uitgezonden, keken 799.000 mensen.

Ze zagen dat er haast niets was veranderd in de hotelkamers en restaurant. Alleen de zalen, toiletgroepen, licht en geluid werden aangepakt.

'Gratis publiciteit onterecht verwijt'
En die zalen, die zouden ook zonder tv-programma aangepakt worden, geven Rob en Janny toe. Sommige kijkers verwijten het de hoteleigenaren dan ook dat het hen alleen om de gratis publiciteit te doen was.

Dat klopt niet, aldus Rob. “We hadden plannen om te renoveren en wilden weten wat mensen van buitenaf ervan vonden.” Janny: “Er zit meer achter dan alleen acht weken gratis publiciteit, we hebben met de heren ook vakkennis gedeeld.”

De tv-serie legt het hotel geen windeieren. Uit het hele land komen mensen naar Berkel-Enschot om een kijkje te nemen. Die kunnen in de toekomst ook een nieuw restaurant verwachten.

Rob: “We stoppen nu niet, we hebben eerst de basis gedaan. Dat waren voor ons de zalen en toiletgroepen. Maar Den Blijker is een restaurantman, meneer Reimers is een hotelman, de zalen vonden ze niet het belangrijkste.”