Stuifmail zondag 21 januari: putter, vogelpindakaas, eekhoorn, sleedoornbessen en koperwielen
Putter of distelvink
José Schellekens vraagt zich af waarom er dit jaar zoveel putters in har tuin komen. Zulke vragen zijn altijd lastig te beantwoorden, maar ik waag er me toch aan. Wellicht staan er in haar tuin of de omgeving nog veel zaadplanten, zoals distels. Deze vogel heette oorspronkelijk niet voor niets distelvink. De naam 'putter' heeft de soort gekregen doordat ze vroeger vaak in kooien werden gehouden. Daarin moesten de vogels zelf een vingerhoed met water omhoogtrekken (putten) om te kunnen drinken. Naast distels houden putters ook van de zaden van grassen, zonnebloemen en als er struiken (bramen, frambozen) of bomen staan die nog zaad hebben, duiken ze daar ook op af. In het algemeen is het zo dat putters in de winter in groepen opereren. Dus als er genoeg voedsel voor hen is, komen ze graag naar dit soort plekken. Zie onderstaand filmpje van Kees Vanger.
Vogelpindakaas
Wilma Gerritsen heeft een vraag over vogelpindakaas. Ze is benieuwd de potten pindakaas die zij normaal heeft echt erger zijn dan die van de dierenspeciaalzaak. Het antwoord is ja. De pindakaas in de dierenspeciaalzaak bevat geen zout en is van ongebrande pinda’s. Overigens moet er dit wel op de verpakking staan, anders bedondert de dierenspeciaalzaak de boel. Vogelpindakaas voeren aan vogels is heel goed, want het is een prima aanvulling op het voedselmenu van tuinvogels in de winter. De vogels vinden ongebrande pinda’s erg lekker en ze zijn ook calorierijk. De ongebrande pinda’s in de pindakaas worden goed verteerd in tegenstelling tot de gebrande pinda’s. Als je dus losse pinda’s voert, geef dan dus ook ongebrande pinda’s. Het grootste probleem met de normale pindakaas is het zout dat daarin zit. Vogels in deze omgeving hebben geen urineblaas en de gevormde urine heeft een vastere dikte en is dus niet zo vloeibaar. Hierdoor kunnen vogels een teveel aan zout zeer slecht uitscheiden. De vogels in onze omgeving hebben geen extra klier bij de ogen om zout uit te scheiden, die zeevogels wel hebben. Zoutintoxicatie ligt daardoor op de loer.
Eekhoorn
'Buuf' Adeline Besselink ziet met enige regelmaat een eekhoorn in de grond van haar tuin krabben. Ze vraagt zich af of die eekhoorn op zoek is naar verstopt voedsel. Het antwoord is ja. Voor de winter verstoppen eekhoorns allerlei soorten voedsel. Ze leggen dan voorraden noten, dennenappels en zaden aan. Dit doen ze op verschillende plaatsen. In een gazon (het liefst op plekken met mos of afgevallen blad), aan de voet van bomen in de grond, maar ook in boomholten of lege vogelnesten. In de winter gaan ze dan op zoek naar die voorraden, maar ze vinden vaak niet alles terug. Dit zoeken doen ze met hun neus, want ze gaan op de geur af. Vaak vinden ze het dan wel, maar niet altijd. Wat eekhoorns niet kunnen terugvinden, groeit vaak uit tot een boom of struik.
Bessen van de sleedoorn
Op de foto die Suzan Boomars instuurde, zie je een paar mooie blauwe bessen aan een struik. Deze struik heet sleedoorn en dus zijn dit sleedoornbessen. Ze hangen er verleidelijk bij, maar steek ze niet zo maar in je mond. Niet dat ze gevaarlijk of giftig zijn, maar ze zijn zuur. Zo wrang zelfs dat je mond zich samentrekt. Vandaar dat een van de volksnamen voor deze sleedoornstruik 'trekkebek' is. De sleedoorn is een struik uit de rozenfamilie en kan een hoogte bereiken van maximaal zes meter. Je ziet ze vaak als ondergroei in bosranden, maar ook langs de snelwegen. Bijvoorbeeld langs de A2 in Limburg. Ze vallen vooral op in maart met hun prachtige witbloeiende bloemen, die eerder aan de struik komen dan de bladeren. Ondanks dat de vruchten wrang zijn, worden ze toch verwerkt in jam, vruchtenmoes, vruchtensap, likeur, vruchtenwijn en brandewijn, bijvoorbeeld slivovitsj.
Fotocollage van een hermelijn in winterkleed
Marianne Wijten heeft niet echt een vraag, maar ze reageerde op mijn artikeltje in BN De Stem dat ging over hermelijnen. Zij heeft een fantastische fotocollage gemaakt van een hermelijn in winterkleed. Die fotocollage vind ik de moeite waard om die te plaatsen op de website van Omroep Brabant. Een hermelijn zien is al bijna onmogelijk, en zeker een in winterkleed. Let op de zwarte punt aan het eind van de staart. Die punt is altijd zwart of het nou een winterkleed of een zomerkleed is. Dat is dan ook het grote verschil met wezels, want beide dieren lijken - op de grootte na - sprekend op elkaar.
Drinkende koperwieken en kramsvogels
In dit filmpje van Matthijs van Eerden zie je veel kramsvogels en koperwieken drinken. De kramsvogels hebben een grijze kop en staart. Op het eind is die grijze staart zwart. Koperwieken hebben onder de vleugels een oranjebruine vlek, vandaar de naam koperwiek.
Wolf
Eind 2017 en begin 2018 heeft een vrouwelijke wolf het grensgebied van Nederland en Duitsland van noord naar zuid doorkruist. Na bezoeken aan Overijssel, Drenthe, Gelderland, Brabant en Limburg is ze inmiddels in België aangekomen. Oorspronkelijk is ze afkomstig uit Mecklenburg-Vorpommern. Dat weten we omdat ze daar een halsbandzender om heeft gekregen (en een naam: Naya, geboren in 2016). Daardoor kon haar route nauwkeurig worden gereconstrueerd, door een samenwerking tussen de Technische Universiteit Dresden en Wageningen Environmental Research (Alterra).
Zonder goede bodem wordt het nooit wat
Eind vorige eeuw werkten de meeste ecologen nog het liefst alleen bovengronds en waren bodemonderzoekers mannen met baarden die leefden in hun eigen wereldje. De vraag wat je nu eigenlijk kon doen met die bodem kwam nauwelijks ter sprake. Maar Martijn Bezemer zag het potentieel: "In de natuur en de landbouw is het net als bij een pizza. Zonder goede bodem wordt het nooit wat."
Met dit nieuwe inzicht komen ook praktische toepassingen in beeld voor bodemonderzoek. Bijvoorbeeld in de tuinbouw, waar maatregelen tegen ziekmakers vaak geen rekening houden met de nuttige organismen in de bodem die hier ook door worden getroffen. Of bij het inrichten van nieuwe natuurgebieden op voormalige akkers, normaal gesproken een zeer langzaam proces. Onder meer omdat er meestal eerst allerlei ongewenste planten gaan groeien, zoals het beruchte Jakobskruiskruid. Door niet alleen de gewenste planten alvast in te zaaien maar ook de bodemgemeenschap mee te nemen die zich in bestaande natuurgebieden rond die planten bevindt, kun je dit proces aanzienlijk versnellen. Dit heet bodemtransplantatie.
Inmiddels heeft Bezemer hier enige ervaring mee opgebouwd, onder meer op de Veluwe. Het 'sturen' van de bodem en 'bodemvoedselwebben' is volgens hem een nieuwe beweging in de ecologie. Maar we staan op dit moment 'nog maar aan het begin'. De uitdagingen de komende jaren zijn groot, maar één ding is alvast duidelijk. Een goede bodem is al lang niet meer alleen interessant voor pizzabakkers.
Natuurtip
Zaterdag 27 januari wordt er een workshop 'wandelen met de hond aan de lijn' georganiseerd. De tocht - die bedoeld is voor baasjes en hun honden - duurt van tien uur 's ochtends tot twaalf uur 's middags. Er wordt vertrokken vanaf de parkeerplaats aan de Burgemeester Van den Oeverweg en de Posthoornseweg in Oisterwijk. Natuurmonumenten en Dewi - hondengedragsbegeleider van Hond van Pavlov - zijn een unieke samenwerking aangegaan. Als ambassadeur steunt Dewi Natuurmonumenten met het standpunt dat baas én hond van harte welkom zijn in de natuur zolang de hond is aangelijnd. Deelnemers wordt geadviseerd stevige wandelschoenen aan te trekken en kleren te dragen die passen bij het weer van die dag. Aanmelden is verplicht en dit kan via email.