Bewoners van beschoten woningen in Breda mogen weer naar huis
Op 6 januari werd een woning aan de Ahornstraat vanuit een grijze BMW 320D beschoten met tientallen kogels. Niet veel later gebeurde dit ook aan de Hagehof. In beide gevallen waren er mensen thuis, maar er raakte niemand gewond.
LEES OOK: Het lijkt wel een film: een lijk, brute overvallen, een bankmol en beschoten huizen [OVERZICHT]
Drie dagen later, op 9 januari, achtervolgde de politie een auto waarvan de inzittenden zich verdacht gedroegen. De inzittenden vluchtten een flat binnen en sprongen van drie hoog naar beneden toen de politie binnenviel. De twee springers raakten hierbij zwaargewond. Binnen werd een man van 25 dood gevonden. Het slachtoffer blijkt de kleinzoon van de bewoonster van het beschoten huis aan het Hagehof. Burgemeester Depla, naar eigen zeggen geschokt door al het geweld in zijn stad, besloot de woningen direct voor drie maanden te sluiten. Dat besluit werd dinsdag door de voorzieningenrechter van tafel geveegd.
'Zeer verstrekkend'
'De rechtbank onderkent dat de maatregel is opgelegd om de rust en veiligheid in de straat te herstellen en de bewoners van beide huizen te beschermen. Tegelijkertijd is sprake van een zeer verstrekkende maatregel met ingrijpende gevolgen voor de bewoners, omdat zij gedurende enkele maanden niet in hun woning kunnen verblijven', schrijft de rechtbank in een verklaring.
'Een dergelijke maatregel mag niet langer duren dan strikt noodzakelijk is. Aangezien de omstandigheden sinds de schietpartij wezenlijk zijn gewijzigd, heeft de burgemeester niet toereikend kunnen uitleggen waarom de maatregel nog steeds nodig is.'
Volgens de rechtbank heeft Depla bovendien de vrees voor herhaling niet kunnen concretiseren,. Ook heeft hij niet duidelijk heeft kunnen maken waarom niet met minder ingrijpende maatregelen dan sluiting van de woningen kon worden volstaan.
2 februari
Het besluit van de burgemeester wordt op vrijdag 2 februari teruggedraaid. 'Dat geeft de burgemeester de gelegenheid om eventueel andere maatregelen te treffen, zoals het instellen van cameratoezicht of andere vormen van surveillance', staat in de uitspraak.