Hét recept om carnaval te overleven: warme kleding, goed eten en zuinig met alcohol…
Carnavalsstriptease
Bij de echte carnavalsvierder is de dresscode wel bekend: veel laagjes en thermo-ondergoed. Kleed je sowieso warm aan. Op die manier kun je jezelf in een dampend café laagje voor laagje afpellen. Bovendien kun je op elk moment op het biljart springen voor een heuse ‘carnavalsstriptease’. Draag verder een oude jas – gewilde objecten voor andere carnavalisten – en trek eventueel thermo-ondergoed aan. Let op: je verliest lichaamswarmte via je hoofd. Dus zorg dat je minstens ‘een muts op doet, die zwarte-gele want die staat je goed’
Goudgele pretcilinder
Menig carnavalsvierder is verslaafd aan de goudgele pretcilinder, ofwel een biertje gaat er wel in. Tegenwoordig worden de biertjes steeds vaker afgeblust met bijvoorbeeld een Schrobbelèr. “Niet doen”, zeggen verschillende gezondheidsorganisaties. Door de alcohol verwijden de bloedvaten waardoor de lichaamstemperatuur afkoelt. Het advies: drink vooral met je maten, maar neem af en toe water of een sportdrankje met ‘snelle’ suikers.
Goed eten
Verse snert, Chinees, broodje shoarma, een flinke uitsmijter met spek en een worstenbroodje of een broodje met worst. Een heel uitgebreide menukaart heeft een carnavalsvierder niet. Fijnproever of niet, het belangrijkste is dat er een bodem wordt gelegd waarmee je een tijdje vooruit kunt.
Meters maken
Tegen de kou is maar één ding echt bestand: bewegen. Kijk je de komende dagen naar een ijskoude optocht, kruip dan dicht tegen elkaar aan en maak op de plaats springbewegingen. Moedig je buurman of –vrouw aan hetzelfde te doen. Of ga zoals in het Kielegat (Breda): hossen op de Grote Markt. En zo af en toe 'de hendjes de lucht in' kan ook nog helpen om warm te blijven. Wordt het té kou, dan moet je meters gaan maken, bijvoorbeeld met een kroegentocht.