Van plakband op de bel tot takjes bij de voordeur: deze trucs gebruiken inbrekers
De Bredase politie waarschuwt op Facebook voor de methode, maar een woordvoerder laat tegelijkertijd weten dat het ook om een kwajongensstreek kan gaan. Eerder gingen er al verhalen over inbrekers die kruisen op de deur zetten.
“We weten niet welke verhalen echt zijn en welke niet,” zegt politiewoordvoerder Leonie van Ooijen tegen Omroep Brabant. “We hebben nog geen inbrekers gepakt, die toegeven dat ze de truc met de bel gebruiken. Het kan dus waar of niet waar zijn. Misschien is het ook een kwajongenstruc. Maar bewoners kennen hun huis het beste. Als ze iets vreemds zien, kunnen ze altijd het beste de politie alarmeren.”
De politie vraagt inwoners om plakband niet zelf weg te halen, maar de zekering te verwijderen zodat het geluid stopt en dan de politie te bellen. Die kan dan namelijk kijken of er vingerafdrukken op de tape zitten.
Het foefje met de bel is niet de enige truc uit het inbrekersarsenaal. Omroep Brabant zet een aantal trucjes op een rij. Trap er niet in!
Takjes bij de voordeur
In de winter van 2017 waarschuwden verschillende politiekorpsen er nog voor. De inbreker plaatst een takje tegen de voordeur van een woning. In politiejargon wordt deze methode afleggen genoemd. Als het takje er na één of twee dagen nog steeds zit, is er waarschijnlijk langdurig niemand thuis. Overigens kan het ook een blaadje van een boom zijn, of iets anders ongebruikelijks dat nauwelijks opvalt voor voorbijgangers zoals een tandenstoker of stukje papier dat tussen de voordeur geklemd wordt. Ga je een paar dagen van huis? Informeer je buren en vraag ze dagelijks je voordeur te controleren.
Foto’s van de post maken
De truc is simpel, inbrekers duwen de brievenbus open en maken met hun mobiele telefoon een foto van de vloer. Ligt er een enorme stapel post? Dan is de bewoner waarschijnlijk met vakantie.
Bargoense tekens
Een koffertje, vijf rondjes, zigzaglijnen of een cirkel. Met krijt worden tekeningen naast de voordeur op de muur gekalkt. Verschillende politiekorpsen waarschuwden hier voor. Een zigzaglijn betekent bijvoorbeeld dat er een gevaarlijke hond woont, een koffer geeft aan dat de woning reeds bezocht is.
Overigens liet na een van de waarschuwingen voor deze tekens de Leidse wetenschapper Peter Burger weten dat het volgens hem onzin was. Volgens Burger, gespecialiseerd in broodje aap-verhalen, was er nog nooit een inbreker ontdekt die zo’n teken op de muur kalkte.
Inbrekers proberen hun slag niet alleen te slaan als de bewoners weg zijn. De brutalen hebben de halve wereld, soms proberen ze u onder je neus te bestelen.
De babbeltruc
Een gouwe ouwe. Met een smoes proberen inbrekers binnen te komen. Van boeven die dorst hebben en wat water willen, tot inbrekers die zich verkleden als elektricien. En de babbeltruc slaagt behoorlijk vaak. Want wie laat nu een kind dat moet plassen, buiten staan? Ook krijgen de bewoners soms onverwacht bloemen of taart, waarbij de bezorger die niet aan de deur afgeeft, maar binnen wil komen om de bloemen in een vaas te zetten. Die bezorgers werken vaak met twee personen. De één leidt de bewoner af, de ander plundert de woning. Ouderen worden vaak geconfronteerd met zogenaamde thuiszorgmedewerkers, die even komen kijken hoe het met meneer of mevrouw gaat. Vaak hebben ze zelfs een pasje om hun nek, met een vervalste legitimatie.
Het gaslek
Ding dong, er staat een werknemer van het energiebedrijf voor de deur. Er is mogelijk een gaslek. Of u buiten wilt wachten en dat doet hij ‘onderzoek’ in de woning.
De mensen zonder mobiele telefoons
Het komt steeds minder voor, nu bijna iedereen een mobieltje heeft. Maar ze bestaan nog steeds. Inbrekers die aanbellen omdat ze autopech hebben en van wie de batterij van het mobieltje leeg is of die geen mobieltje bij hebben. Mogen ze even binnenkomen om te bellen? Mocht u ze aan een telefoon willen helpen, doe dan de deur dicht als u uw mobieltje haalt, anders lopen ze achter u aan naar binnen.