Motorcoureur Piet van de Wal geëerd met eigen straatnaambord: 'We hebben veel schik met 'm gehad'
Midden op de Pietje Wal staat een bord met foto's van Piet van de Wal in zijn glorietijd. En zijn verdiensten: dertig jaar motorcoureur, drie nationale titels. Maar het meest tekenend voor Piet is dit verhaal:
Tijdens motorwegraces van Oirschot in 1976 (is Piet) als beoogd winnaar gestopt om mede-coureur Jack Middelburg na een flinke val te helpen. Want zoals Piet zei: 'Winnen ten koste van een ander is nooit een overwinning'.
(tekst gaat verder onder tweet)
Iedereen bij de onthulling heeft bijzondere herinneringen aan Piet van de Wal. Zus Joke Balemans - Van de Wal is zichtbaar ontroerd: "Dit is de kers op de taart. Het was een schat van een jongen, zo jammer dat ie er niet meer is. Hij was mijn lievelingsbroer."
Straat zonder naam
Martien Mattheeuwse heeft de bijeenkomst georganiseerd. Om Piet nog eens extra te eren, zingt hij, a capella, 'Where the streets have no name' van U2: "Piet heeft heel goeie dingen gedaan, maar af en toe was hij ook wel een beetje stout. Hij moest ook wel eens vluchten voor de politie, toen hij een jaar of 17 was. Dus waar ging hij naar toe? Ergens waar de politie de weg niet kende. Een straat zonder naam dus. Een straat als deze."
Niet serieus
Boet van Dulmen was ook succesvol als motorcoureur in de tijd van Piet. "Het was een heel mooie kerel. En als hij beter zijn best had gedaan, was hij een betere coureur geweest", oordeelt Van Dulmen. "Hij was eigenlijk niet serieus genoeg. Hij had vaker kampioen kunnen zijn. Maar hij genoot van het leven. En wij daardoor ook. We hebben veel schik met 'm gehad. We zaten 's avonds in het café en de meisjes kwamen van eiges naar Piet. En wij konden mee profiteren."
Meisje
Van al die meisjes was Marnel Breed de belangrijkste. Ze weet als de dag van gisteren hoe ze Piet op haar 17de leerde kennen: "Ik had een vriendinnetje en die was verliefd op Pietje Wal. Hij kwam altijd in Oisterwijk dus ik moest mee om naar hem te kijken. Nou ja, het eindresultaat was: ik had geen vriendin meer, maar ik had wel Pietje Wal", glundert ze.
Toch was de relatie niet ideaal: "Ik was 17, hij 36. Mijn ouders vonden dat verschrikkelijk. Van mijn 23e tot mijn dertigste woonde ik met hem samen. Hij was mijn grote liefde. Maar op een gegeven moment was ik het leven van auto's en motoren beu. Het was alleen maar dat. En ik wilde ook wel eens naar een nagellakbeursje."
Stomste
Piet en Marnel gingen uit elkaar. Maar hij bleef haar grote liefde. En andersom: "Hij gaf een interview aan de krant en ze vroegen: wat is het stomste dat je in je leven hebt gedaan? Toen zij hij: Marnel laten gaan."
Dat er nu een straat naar Piet is vernoemd, had hij volgens Marnel bij zijn leven nooit goed gevonden. "Daar was hij te bescheiden voor. Maar nu, in de hemel glundert hij, dat zijn naam eer aan wordt gedaan."