Onderzoekers luiden noodklok over insecten: 'We moeten onze tuintjes minder opruimen'
Guido Stooker is één van de mensen die meerdere keren per week De Kaaistoep intrekt om de vogels en de vlinders te bekijken en veldonderzoek te doen. Hij is niet verrast door de resultaten, maar maakt zich wel zorgen. Wetenschappers luiden al jaren de noodklok over de teruggang in het aantal insecten. Vorig jaar werd in Duitsland nog onderzoek gepubliceerd waaruit bleek dat twee derde van de insecten weg was.
Van 400 naar 120
De onderzoekers van De Kaaistoep merken het ook als ze het veld intrekken. "Ik heb de gegevens van mijn collega's die al twintig jaar het veld intrekken", zegt Stooker. "Een aantal soorten nachtvlinder kom je gewoon niet meer tegen. Vroeger vingen we 300 a 400 vlinders. Maar gisteren kwamen we niet verder dan 120 exemplaren."
Tekst gaat verder onder video
Best onderzochte plekje
Volgens beheerder Jaap van Kemenade is de Kaaistoep één van de best onderzochte plekjes van Nederland. "Vrijwilligers hebben de afgelopen twintig jaar insecten onderzocht. Daar zijn meetreeksen uitgekomen. En daar kun je wel het één en ander aan aflezen." De onderzoekers van de Radboud Universiteit hebben het onderzoek onder meer op de meetgegevens uit De Kaaistoep gebaseerd.
"Het voelt niet als heel belangrijk", zegt Van Kemenade. "Maar insecten zijn wel erg van belang voor ons en onze omgeving. Insecten zijn onderdeel van ons ecosysteem. Ze bestuiven onze gewassen. Insecten zijn ook opruimers, die het dode materiaal in een natuurgebied afbreken." Onlangs publiceerde Trouw nog een artikel waarin een Britse wetenschapper uitlegt wat er zou kunnen gebeuren als insecten dit niet meer doen.
We moeten rommeliger worden
Volgens Van Kemenade kunnen burgers ook een steentje bijdragen om weer insecten aan te trekken. Door bijvoorbeeld de tuintjes wat minder goed op te ruimen.
Tekst gaat verder onder video
"Minder bemesting, minder zorgen dat het droog wordt. Ons landschap is heel steriel en opgeruimd. Die kleine hoekjes in je tuin, maar ook in het landschap waar de rommel ligt. Daar komen de insecten, daar is de rijkdom." Volgens Van Kemenade moeten we dus weer rommeliger worden. "Maar dat zit niet echt meer in onze aard."
Droevig
Volgens Guido Stooker is de teruggang van insecten in het natuurgebied goed te merken. "In de zestiger jaren struinde ik al door de natuur. Ik zag overal vlinders en gaasvliegen en haften en kevertjes. Dat is niet meer zo. Als je in het landbouwgebied gaat kijken, dan zie je twee soorten gras, geen vlindertjes, geen vogeltjes. Dat is echt heel erg droevig."
Toch ziet Stooker het niet somber in. "De natuur herstelt zich altijd. Zeldzame soorten kunnen weer toenemen als je het juiste beheer toepast. Als je bij het gebruik van landbouwgronden rekening houdt met de natuur eromheen. Dan is er best veel terug te halen." Volgens Stooker is De Kaaistoep daar een goed voorbeeld van. "Dit waren vroeger maïsakkers en aspergeakkers." Met de natuurontwikkeling van de afgelopen jaren is er veel teruggehaald. "Het kan wel, maar het is nu wel vijf voor twaalf."