Dertig jaar geleden wonnen we de EK-finale, en Eddie was erbij: 'Zelfs de Duitsers werden gek!'
Het is 21 juni 1988, vier dagen voor de grote finale. In Helmond kijkt Eddie in zijn stamkroeg naar niet zomaar een halve finale. Het Nederlands elftal staat tegenover dat van West-Duitsland. Een bijzondere wedstrijd: veertien jaar eerder, in 1974, wonnen de West-Duitsers de WK-finale van een op papier ijzersterk Oranje.
Het sluimerende trauma dat Nederland aan die finale in 1974 overhield, verdwijnt op 21 juni 1988 als sneeuw voor de zon. Nederland wint in Hamburg met 2-1 van de West-Duitsers en gaat naar de finale in München. Eddie en drie vrienden worden het eens vanuit hun barkrukken in Helmond: ook zij gaan naar München - een idee dat naast chauvinisme vooral wordt ingegeven door drank, beaamt Eddie dertig jaar later.
‘Die Duitser dacht dat hij beroofd werd’
Om zes uur ’s ochtends, ruim negen uur voor aanvang van de finale, rijdt het Helmondse viertal in een oranje geverfde auto de parkeerplaats bij het Olympiastadion in München op. Kaarten voor de wedstrijd hebben de vrienden niet. Een van de vrienden heeft bovendien de hele nacht gereden. Hij blijft achter in de auto om nog wat uurtjes te slapen.
Eddie en de twee andere vrienden vertrekken naar het centrum, op zoek naar tickets voor de finale. “We zaten in de metro en zagen het al meteen: wij waren niet de enige Nederlanders zonder kaarten.” Dat blijkt een understatement.
“We kwamen aan op de Grote Markt in het centrum en stonden in een zee aan Nederlanders. Overal werden kartonnen bordjes met bedragen boven het hoofd gehouden: al die mensen waren op zoek naar tickets. De prijzen die werden geboden waren echt ongelofelijk, het liep de spuigaten uit.”
De vrienden, weer vergezeld door de chauffeur, besluiten alvast naar een kroegje te lopen om daar de wedstrijd te kijken. Onderweg ziet Eddie een Duitser lopen. “'Hast du Karten?’, zei ik grappend, want de kans was klein. ‘Ja, ich habe Karten’, antwoordde hij. Ik wist niet wat ik meemaakte en seinde meteen de rest van de groep in.” De Helmonders handelen snel. De man wordt zonder overleg meegesleurd en verderop in een steegje geduwd.
“Hij dacht dat we hem wilden beroven, maar dat was niet zo. Wij wilden hem gewoon afzonderen van de andere Nederlanders. Die vlogen als vliegen op stront op alle kaarten af. En deze man had zelfs vier kaarten, precies vier: twee stoelen aan beide lange zijden van het stadion.” Niet veel later is het viertal 1400 Duitse mark lichter, maar vier kaarten rijker. “Dat was geen geld, maar die man stond waarschijnlijk doodsangsten uit.”
De beste zomer ooit
Om halfvier blaast scheidsrechter Michel Vautrot op zijn fluitje: de finale Nederland-Sovjet-Unie gaat van start. De Helmonders zitten op hun zetels in het Olympiastadion. “Ik had geluk bij het verdelen van de stoelen. Ik zat aan de goede kant.” De goede kant, zo blijkt later, was de stadionzijde aan de rechterkant van het veld. Na tien minuten in de tweede helft landt daar – na wat leek een eeuwigheid – een hoge diagonale pass van Arnold Mühren.
Dertig meter verderop zit Eddie. Hij ziet van dichtbij hoe zich op de wreef van Marco van Basten voetbalhistorie voltrekt “Die 1-0 van Gullit kwam al uit het niets, maar deze 2-0? Ik zat daar, en ik werd gek. Echt gek. Ik weet niet eens meer wat ik na die goal gedaan heb. Zelfs de Duitsers naast me werden gek."
De terugreis ervaren Eddie en zijn vrienden als een droom. “Het was feest, overal: in onze auto, in de andere auto’s, in de tankstations.” Geen zomer haalt het volgens hem bij die van 1988. Een maand voordat Oranje het EK won, zag hij in het Neckarstadion in Stuttgart hoe zijn dierbare PSV de Europa Cup 1 won. "Plus, KV Mechelen won de Europa Cup 2 die maand van Ajax. Een betere zomer had ik me niet kunnen wensen."