1. Besproei je planten niet iedere dag. Dan maak je de planten afhankelijk van je watergift. Planten die wekelijks water krijgen, worden sterker, want ze gaan dieper en actiever op zoek naar water.

2. Dehydratatie is niet goed voor je huid, maar evenmin voor je tuin. Vooral op hete dagen, maar evengoed als het hard vriest, droogt je grond uit. Bedek daarom je grond met diverse materialen. Zo’n beschermlaag is afgekeken van moeder natuur. Dunne laagjes maaisel en stro zijn klassieke beschermmaterialen, maar ook een extra laagje (halfverteerde) compost en lavagruis werken beschermend.

LEES OOK: 'Wees zuinig met water', waterbedrijven bang voor overbelasting van leidingen tijdens piekuren

3. Stel zaaien en planten uit tot na de warmte en droogte. En let vooral op met wieden in een droge periode. Met het losrukken van onkruid of door te schoffelen, kun je gemakkelijk andere planten beschadigen.

4. Mocht je toch water geven: doe het dan heel vroeg in de ochtend of laat in de avond. Dus buiten de piekuren om qua waterverbruik en omdat het water anders ook te vlug verdampt. Heb je tomaten in je tuin? Die moet je niet buiten de zonuren water geven, omdat ze snel last krijgen van schimmels.

5. Voor groente in potten: net zoals in volle grond helpt het om de grond te bedekken door een beschermlaag aan te brengen. Op hete dagen mag je zowel ’s morgens als ’s avonds water geven. Bescherm je potten tegen de zon, met bijvoorbeeld een parasol, of verhuis ze naar een schaduwrijke plek.

6. Bij grotere planten, zoals kool en tomaat, kun je een kuiltje maken om water in te gieten rond de voet van de plant. Bij gewassen zoals sla, spinazie of ui kun je een watervoortje tussen de rijen aanleggen.