Zeventig miljoen om water in Brabant en Limburg te beheersen
Er komen meer stuwen in beken en andere waterlopen om water vast te houden. Boeren moeten op hun terrein voorzieningen bouwen om watervoorraden aan te leggen. In steden moeten meer parken worden aangelegd om water vast te houden.
Deze maatregelen moeten er voor zorgen dat problemen tijdens extreme hitte het hoofd worden geboden.
Sneller afvoeren
Tegelijkertijd moeten er maatregelen worden getroffen om in tijden van overlast het water sneller af te voeren. Want bijvoorbeeld Zuidoost-Brabant kampt nu met grote droogte maar twee jaar geleden was er nog een enorme wateroverlast. De nieuwe maatregelen moeten beide extremen het hoofd bieden.
Hooggelegen delen van Nederland, waaronder Brabant, hebben het meeste last van droogte. Het betekent niet dat er problemen zijn met het drinkwater. Er is voldoende grondwater beschikbaar. Door de enorme vraag van dit moment kan het wel voorkomen dat de leidingen het niet aankunnen.
LEES OOK: 'Wees zuinig met drinkwater!', waterbedrijven bang voor overbelasting van leidingen tijdens piekuren
Boeren gebruiken voor hun beregening ook grondwater maar zij pompen dat op uit een andere voorraad.
Beregeningsverbod
"Als de droogte van dit moment nog drie weken aanhoudt en er nog meer grondwater opgepompt moet worden kan het tot een algemeen beregeningsverbod komen", zegt dijkgraaf Lambert Verheijen van Waterschap Aa en Maas. "Dan gaat het belang van de natuur voor."
In een gemiddeld jaar pompen boeren in Brabant zo’n veertig miljoen kuub water op. In jaren van grote droogte kan dat oplopen tot zeventig miljoen kuub.
Het huidige neerslagtekort in Nederland is bijzonder en het eind aan de droogte is nog niet in zicht. Tot eind volgende week valt er geen of nauwelijks regen. Er is daarna kans op neerslag maar dat zal geen eind maken aan de droogte.
"Het tekort neemt de komende periode sterk toe'', zei KNMI-meteoroloog Edwin Buscher woensdag in een toelichting tijdens een persbijeenkomst van de Unie van Waterschappen over het huidige weer. "We blijven bovendien hoge temperaturen houden. Het is te warm voor de tijd van het jaar'', aldus Buscher.
Eens in de 20 jaar
Het huidige neerslagtekort komt gemiddeld eens in de twintig jaar voor. Het is het grootst in het oosten en zuiden van het land, precies de gebieden die het meest afhankelijk zijn van neerslag.
In het stroomgebied van de grote rivieren Rijn en Maas is de situatie niet veel beter. Boven de Rijn is het overwegend droog en warm en ook de Maas hoeft voorlopig niet te rekenen op veel regenwater. "Ook in de rest van West-Europa is het droger dan normaal'', aldus het KNMI.