Moord op meesterverteller A.M. de Jong herdacht in zijn 'lief Brabant'
Het gebeurde op 18 oktober 1943. A.M. de Jong woont na een lange reeks omzwervingen inmiddels een aantal jaar in een villa in Blaricum. Twee Nederlandse mannen van de Germaanse SS staan plotseling bij hem aan de deur. Dochter Gudi de Jong doet open. De twee mannen vertellen dat de verduistering niet in orde is en ze vragen of haar vader thuis is. Even later zitten de twee met de schrijver binnen aan de thee. Ze krijgen zelfs nog een sigaret aangeboden. Maar dan vlak na hun vertrek, draait een van de SS'ers zich op het tuinpad om en schiet A.M. de Jong in de deuropening dood.
Wraak
"Ik ben ontzettend gaan gillen, ik heb de hele buurt bij elkaar geschreeuwd maar er was niks meer aan te doen", vertelt dochter Gudi decennia later in een documentaire. Gudi de Jong is inmiddels overleden. Vrijwel meteen na de moord werd duidelijk dat het om een vergeldingsactie ging. De nazi's zinden op wraak nadat een verzetsgroep had geprobeerd om een NSB'er te liquideren. Deze NSB'er was de achterbuurman van De Jong. De man was ervan overtuigd dat de auteur achter de aanslag zat. Niets was minder waar.
Dat de Duitse bezetter het op De Jong gemunt had, was niet toevallig. De schrijver waarschuwde eind jaren dertig al regelmatig voor het opkomend fascisme. "In zijn brochure 'De dans op de Vulkaan' neemt hij het de democratische landen waaronder Nederland erg kwalijk dat ze toekijken naar het fascisme en nazisme en er helemaal niks aan doen", vertelt Jos Rampart (68). De neerlandicus is een groot kenner van het leven en werk van de auteur uit Nieuw-Vossemeer.
Maatschappijkritisch
A.M. de Jong bleef altijd uitgesproken, ook in zijn boeken over Merijntje Gijzen waar de katholieke kerk het regelmatig moet ontgelden. Rampart: "Op een gegeven moment wordt Merijntje van school gestuurd omdat zijn vader de benodigde twee cent niet kan betalen. Merijntje kijkt dan om en hij ziet boven de schooldeur de tekst 'Laat de kinderen tot mij komen'. Maar hij heeft er niet bij gezegd dat je twee cent moet meebrengen, zegt Merijntje dan. Deze kritische onderlaag is typerend voor het werk van De Jong".
De verhalen over Merijntje Gijzen zijn eigenlijk de jeugdherinneringen van de auteur zelf. A.M. de Jong groeide op in de polder rondom Nieuw-Vossemeer en hij bleef er altijd terug komen. "Zelfs de zomer voor zijn dood is hij hier nog geweest. Toen hij naar buiten keek, waren zijn laatste woorden 'Mijn lief Brabant", vertelt Jos geëmotioneerd. De twee Nederlandse SS'ers die de schrijver hadden vermoord, werden na de oorlog veroordeeld tot levenslange gevangenisstraffen. Na dertien jaar kwamen ze vervroegd vrij.
Lezing
Donderdag 18 oktober om half acht geeft Jos Rampart een lezing over zijn idool in de Vossenburcht in Nieuw-Vossemeer. "Ik hoop dat de mensen niet alleen aan zijn dood denken maar ook zijn boeken weer eens uit de kast halen en gaan lezen. 'Martelgang van Kromme Lindert' bijvoorbeeld kan ik van harte aanraden".