Belgen gaan aan de haal met uitvinding waar ASML een prijs voor kreeg
Het gaat om de isotoop Molybdeen-99 die als scanvloeistof bij patiënten kan worden ingespoten voor medisch onderzoek. Deze stof wordt nu nog gemaakt in de kernreactor in Petten uit verrijkt uranium, waar radio-actief afval uit overblijft. ASML heeft ontdekt dat zij deze isotoop ook kan maken met een hoog vermogen elektronen versneller, zonder radio-actief afval.
Subsidie
ASML heeft verschillende gesprekken met de overheid gehad om de ontwikkeling van deze uitvinding in Nederland te doen, maar er werd geen knoop doorgehakt. Inmiddels was er al wel een samenwerking ontstaan met met Belgische Nationaal Instituut voor Radio-elementen IRE bij Charlerois, dat juist is gespecialiseerd op dit gebied.
De Belgische overheid trekt bovendien riant de portemonnee door een subsidie te verstrekken van 52 miljoen euro. Zelf investeert IRE ruim 100 miljoen euro in het opzetten van een productielijn voor Molybdeem-99, die in 2020 moet gaan draaien. Het gaat hierbij om een deeltjesversneller zoals bij CERN in Zwitserland.
ASML blij
ASML behoudt de rechten op de uitvinding, maar is juist blij dat IRE de verdere ontwikkeling gaat doen. Topman Frits van Hout van ASML: "Omdat wij een chipmachinebedrijf zijn, passen medische isotopen niet bij onze strategie. Toch wilden we onze uitvinding niet op de plank leggen en zijn we op zoek gegaan naar een geschikte partner, in of buiten Nederland. We zijn blij dat we deze technologie ter beschikking stellen aan IRE."