Textielmuseum Tilburg verwerkt 50.000 kilometer garen voor gordijnen in Tilburgse Spoorzone
Michel Leermakers van het Textielmuseum staat trots achter zijn weefmachine. Lachend vertelt hij dat voor de zes enorme gordijnen in totaal 47.890 kilometer garen is gebruikt. "Een gigantische klus,"voegt hij er aan toe.
Textiele wanden
De zes gordijnen komen in de nieuwe ruimtes van de verbouwde Lochal te hangen. Door met de gordijnen te variëren, verandert de ruimte. Babette Pörtzgen van het museum noemt de gordijnen ook wel textiele wanden. De grootste is vijftien meter hoog en ruim vijftig meter lang.
De gordijnen zijn een ontwerp van architectenbureau |nside Outside. Zij hebben al eerder met het Textielmuseum samengewerkt. Toen ging het om een gordijn van vijfhonderd meter voor de Nationale Bibliotheek van Qatar. Vorig jaar kwamen de architecten met het idee om iets vergelijkbaars voor de Lochal te doen; vergelijkbaar én nog net een tandje meer.
De bovenkant van de gordijnen bestaat uit een dikke stof waarin ook kleuren zijn verwerkt. De onderkant is van een lichter, transparanter materiaal. Mensen die door het gebouw lopen, houden zo toch zicht op de omgeving.
Ze gaan nog naar Frankrijk
Het weven van de stoffen is een behoorlijke klus. Maar dan zijn er nog geen gordijnen. De stoffen worden door het museum voorzichtig ingepakt en beginnen dan aan een reis langs drie ateliers, waarvan er één in Frankrijk staat. In de ateliers worden de weefsels aan elkaar vastgemaakt en op de juiste maat gebracht. Daarna moeten ze nog worden opgehangen, aan een rails die dus vijftien meter boven de grond hangt terwijl de gordijnen vele honderden kilo's zwaar zijn.
Babette en Michel vinden het leuk dat de gordijnen straks in Tilburg komen te hangen. "Voor Tilburgers, door Tilburgers,' zegt Babette. Zo kunnen ze hun aan hun stadsgenoten laten zien wat er in het Textielmuseum allemaal kan.