Nederlandse taal leren op de werkvloer blijkt té pittig, nieuwe inburgeringscursus Meierijstad stopt
Sinds een paar jaar mogen vergunninghouders zelf kiezen welke inburgeringscursus ze volgen. Tien mensen kozen in mei voor de nieuwe inburgeringscursus bij het sociaal werkbedrijf van Meierijstad WSD. Uiteindelijk hebben zij ervoor gekozen niet meer te werken naast het leren van de taal.
Taalcoach bij WSD Dorette Kipperman vindt het erg jammer dat de inburgeringscursus is gestopt. “Het is helaas anders verlopen dan we hadden gehoopt. We hadden een formule bedacht dat mensen aan het werk zouden gaan en zo de taal beter konden leren, maar dit bleek toch te pittig voor ze te zijn”, zegt ze. WSD is nu bezig om te kijken naar volgende projecten.
Wethouder van Meierijstad Menno Roozendaal laat weten dat hij binnenkort met de tien deelnemers aan het inburgeringsproject in gesprek gaat om te kijken waar het precies misging. “De focus van de cursus lag vooral op de taal leren en de Nederlandse cultuur leren kennen. Ondertussen zouden ze dan worden voorbereid op het werkveld. De nadruk op werk zou daarbij steeds groter worden”, zegt Roozendaal.
Toch liever traditionele inburgeringscursus
“Na een aantal maanden merkten we dat de deelnemers de voorkeur hadden om toch voor een traditionele inburgeringscursus te kiezen. Daar zit het werkdeel niet in en daar ligt de volledige aandacht op het halen van het inburgeringsexamen”, zegt Roozendaal.
Het project van Meierijstad was een bijzonder idee, want zelfs het ministerie keek mee hoe de nieuwe cursus verliep. Vanaf 2020 wil het kabinet in de wet opnemen dat inburgeren samen gaat met werken.
“Als die wet er straks komt, dan wordt het de verantwoordelijkheid van de gemeenten om de inburgering te organiseren. Dan hebben we als gemeente meer instrumenten om met de vergunninghouders te kijken hoe we de inburgering gaan aanpakken”, zegt Roozendaal. “We hebben geleerd van de pilot, maar we gaan ons voorbereiden op de nieuwe wet in 2020.”