Met de auto in drie weken naar Senegal, maar eerst tanken in Luxemburg
Het idee is dertien jaar geleden bedacht door Jan Huizinga uit Bakel. Het doel van de actie is culturen met elkaar verbinden en technische kennis overbrengen. De studenten gaan er met een auto heen, die ze daar ook achterlaten. “De stage duurt in totaal tien weken”, vertelt Huizinga. “De autorit duurt in totaal drie weken. De overige zeven weken worden gebruikt om kennis over te brengen aan de lokale bevolking.”
De studenten hebben er in Nederland al een heel voorbereidend traject opzitten. “We hebben al een hele hoop technisch materiaal naar Senegal, Gambia en Mauritanië verzonden. Als de studenten te plaatse zijn, gaan ze met die materialen het onderwijs daar een impuls geven”, zegt Huizinga.
'Meteen enthousiast'
Sven van Loo, Bob van Kemenade, Chris van de Biggelaar zitten bij elkaar in de klas op ROC ter AA in Helmond. Toen ze over de reis hoorden, werden ze meteen enthousiast. “We hebben een paar keer voorlichting van de organisatie gehad en toen hebben we besloten dat we gaan”, vertelt Bob.
Het was nog een flinke zoektocht om een auto te vinden voor de jongens. “We hebben allemaal autosites afgespeurd tot we de juiste hadden gevonden. We moesten helemaal naar Friesland om hem op te halen, maar ik denk dat dit voor ons de ideale auto is”, zegt Chris.
Of het allemaal nog gaat lukken is natuurlijk nog de vraag, maar de jongens hebben er zin in. “We verwachten dat we allemaal onverwachte dingen gaan tegenkomen, maar ook dat we mensen daar kunnen helpen door les te geven aan de studenten daar.”
Tijmen van de Merbel, Jimmy Bruikman, Dylan van de Bilt en Mohammed Mokhbi van het ROC in Tilburg denken ook dat ze veel onverwachte dingen te wachten staat. Maar dat mag de pret niet drukken. “Wij bieden elektrische kennis, zodat ze met onze hulp ook dingen kunnen bouwen of motors aan kunnen sturen”, vertelt Mohammed.
Ze kijken ook heel erg uit naar het resultaat. “Het heeft al heel veel impact gehad op ons. We zijn al een half jaar bezig om alles te regelen. Dus het zou heel erg vet zijn als we nog een keer kunnen gaan kijken als het gelukt is.”
De route
Zondag rijdt de groep eerst naar Luxemburg om te tanken, daarna rijden ze door naar de grens met Frankrijk, waar ze allemaal samen komen. Daarna gaat de colonne splitsen omdat de groepen zelf mogen bepalen welke route ze rijden.
“Er zijn wel een aantal grensovergangen waar we samenkomen. We gaan naar Zuid-Spanje, want bij Tarifa maken we de overstreek naar Tanger in Marokko. Vanuit Marokko gaan we naar Mauritanië en zo rijden we verder naar Senegal, Gambia en we eindigen in Zuid-Senegal.”
De auto’s waarmee de groep naar Afrika rijdt, worden gedoneerd aan scholen en ziekenhuizen. “Er zijn daar nog steeds ziekenhuizen waar ze ezelskarren hebben waarmee mensen vervoerd moeten worden. Met het doneren van de auto, red je daar echt levens.”
Meer aanvragen
Go for Africa gaat ieder jaar naar dezelfde landen en scholen. “Je ziet dat scholen dankbaar gebruik maken van de hulp. Soms zitten er scholen tussen die heel slordig zijn met de hulp en materialen die we bieden. Die scholen slaan we dan een paar jaar over.”
Inmiddels komen er niet alleen vanuit de drie landen waar ze naartoe gaan aanvragen om te helpen. “Ik krijg aanvragen uit bijvoorbeeld Burkina Faso, Sierra Leone en Mali. Ze willen allemaal graag ondersteuning van ons, maar daar hebben we niet genoeg mankracht voor.”
De planning is dat de 31 teams over drie weken in Zuid-Senegal aankomen.