Mag een foto van een verdachte zomaar worden vrijgegeven? 'We denken er altijd goed over na'
Sinds december 2017 zijn er nieuwe regels voor het publiceren van foto's van verdachten. "De wereld verandert. Vroeger was er na het NOS Journaal ruimte voor een opsporingsbericht. Dat is nu vreselijk achterhaald", vertelt de woordvoerder van het Openbaar Ministerie.
Door opsporingsberichten via social media en op andere websites te delen, roept het OM de hulp in van het publiek. Toch mag informatie of foto's niet zomaar gedeeld worden. Dat mag pas als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
1. Om erachter te komen wie een verdachte is:
Soms wordt de foto niet alleen verspreid om te achterhalen wie de verdachte is, maar ook om een vermiste te vinden. Het Openbaar Ministerie kan dan besluiten om de foto van de verdachte of vermiste vrij te geven.
2. Om ernstige strafbare feiten te voorkomen:
Wanneer het OM en de politie vrezen dat iemand een ernstig misdrijf gaat plegen, mag na toestemming van de Hoofdofficier van Justitie een landelijk opsporingsbericht worden verspreid. Ook mag dit bericht uitgezonden worden op tv, bijvoorbeeld bij Bureau Brabant of Opsporing Verzocht. Daarbij wordt soms ook de naam van de verdachte genoemd.
3. Om rechterlijke beslissingen uit te voeren:
Denk hierbij aan ontsnapte gevangenen, tbs'ers en aan criminelen die hun straf nog moeten uitzitten, maar onvindbaar voor de politie zijn. Ook dan kan de Officier van Justitie besluiten een opsporingsbericht vrij te geven met naam en foto.
Opsporen
Het Openbaar Ministerie bracht de afgelopen weken foto's naar buiten van meerdere verdachten:
- Zo werd de foto van de 38-jarige verdachte van de steekpartij op het station in Breda op internet geplaatst.
- De foto van de man die een molotovcocktail naar het politiebureau in Eindhoven gooide, werd ook verspreid.
- En dan is er nog een compositietekening van een verdachte uit Breda. Deze 27-jarige man overreed een bejaarde vrouw en ging er daarna vandoor. Ruim een week later meldde de man zichzelf met zijn advocaat op het politiebureau.
Bij het verspreiden van een foto van de verdachte werkt het Openbaar Ministerie nauw samen met de politie. Het OM neemt het besluit en niet de politie. "Wat de politie wel kan doen, is een Burgernetmelding verspreiden", vertelt de woordvoerder van het Openbaar Ministerie.
Soms krijgt een verdachte een kans zichzelf te melden. Dit gebeurt vaak bij uitgaansgeweld. Begin mei deelde de politie een foto van een man die tijdens carnaval een karatetrap uitdeelde aan een voorbijfietsende vrouw. Hij kreeg de tijd om zichzelf binnen veertien dagen bij de politie te melden anders zouden de videobeelden van de karatetrap worden vrijgegeven.
"Wij maken elke keer weer de keuze om iets wel of niet te verspreiden. Daar denken we goed over na", vertelt het OM. "Het is een zwaar middel om in te zetten en het betekent nogal wat als je foto in combinatie met een misdrijf op internet te vinden is."
Foutje!
Maar zo nu en dan gaat het fout. Dan blijkt dat degene die op de foto staat, helemaal niets te maken heeft met het misdrijf. Daarom vindt advocaat Erik Thomas dat er heel voorzichtig moet worden omgegaan met het verspreiden van foto's in de media. "Je naam en gezicht zijn daarna echt besmet. Je bent al schuldig op het moment dat je foto openbaar is", vertelt de Thomas. "Het is helemaal een drama als een verdachte kinderen heeft. Heel de buurt kijkt je met een scheef oog aan. Vreselijk."
Minder zwaar straffen
Het gebeurt weleens dat de rechter 'strafkorting' geeft omdat de verdachte al is veroordeeld in de media. Dit gebeurde in 2013 bij de 'kopschoppers van Eindhoven'. Toch werd dit in hoger beroep bij de meeste verdachten weer teruggedraaid.