‘Klasbak’ Kruijswijk moet volgens oud-renners vooral ‘heel trots’ zijn op derde plek
Volgens oud-renner Adrie van der Poel mag Kruijswijk vooral trots zijn op zijn prestatie. “Het is het resultaat van constant presteren. Dat is ook een compliment. Hij heeft geen hele slechte dagen gehad, maar ook geen hele goede. Hij moet blij zijn met zijn derde plek”, aldus Van der Poel.
Zaterdag gooide Kruijswijk hoge ogen bij de klim naar Val Thorens. De ploeg van Jumbo-Visma maakte tempo. “Dat was de enig juiste tactiek”, vindt Wagtmans. “Alleen op die manier kon Alaphilippe worden gekraakt en kwam het podium voor Steven in zicht.” Volgens Van der Poel was de koers niet spectaculair. "Zijn ploeg was sterk, maar Steven kon alleen volgen. Meer zat er niet in voor hem. Of hij moet tevreden zijn geweest met zijn derde plek in het eindklassement.”
Tijd inlopen
Wagtmans denkt dat er voor Kruijswijk misschien meer in had gezeten als de etappe van vrijdag niet voortijdig was afgeblazen. “Hij wilde aanvallen op de laatste col, maar moeder natuur besliste anders. Mogelijk had hij daar kunnen inlopen op Bernal en Thomas.”
Van der Poel denkt daar anders over. “Ik denk niet dat Steven daar de macht nog voor had. Als je op de voorlaatste col de goede benen niet hebt, dan heb je die op de laatste col ook niet.”
Betere klimmers
Volgens Van der Poel behoort Kruijswijk tot de vijf of zes betere klimmers van deze editie van de Tour de France. “Alleen Bernal steekt er bovenuit.” Of Kruijswijk de komende jaren in grote meerdaagse wedstrijden een rol van betekenis kan spelen, is voor Van der Poel nog niet duidelijk. “Hij komt dan Froome, Bernal, Landa en Thomas weer tegen. Die zijn van zeer hoog niveau. Wil je dan een topklassering rijden in een wedstrijd over drie weken, dan moet alles meezitten.”
Wagtmans voorspelt dat wielerliefhebbers Kruijswijk de komende jaren nog wel terug gaan zien in de belangrijke etappewedstrijden. Hij hoopt wel dat Kruijswijk af en toe iets meer risico gaat nemen. “Net als Alaphilippe. Volle bak gaan en maar zien waar het schip strandt. En dan hopen dat je wat geluk hebt.”