Steven Kruijswijk is blij terug te zijn in Brabant: beetje moe, maar strijdlustig
Nog geen dag nadat hij de Ronde van Frankrijk als derde had afgesloten, moet hij alweer aan de bak.
LEES OOK: ‘Klasbak’ Kruijswijk moet volgens oud-renners vooral ‘heel trots’ zijn op derde plek
Veel belangstelling
Kruijswijk zat zelf, in een burgerkloffie, achter het stuur van de auto, waarmee hij zich maandagmiddag meldde voor de Meet& Greet aan de vooravond van het criterium. Tientallen enthousiaste fans en mediavertegenwoordigers stonden klaar. Vooral voor hem, leek het wel.
“Is dat zo? Dat zou mooi zijn, maar ik hoop dat ze ook voor mijn ploeggenoten zijn gekomen. Het is in ieder geval wel genieten, al was het niet zo'n lange nacht. Bovendien heb ik drie zware weken achter de rug”, vertelde de toch opvallend fris ogende en breeduit lachende kopman van het zo succesvolle Team Jumbo-Visma. "Het is wel leuk om te zien dat er zoveel belangstelling is, dat heb ik in Frankrijk nauwelijks meegekregen."
Ooit redelijk anoniem
Mike Teunissen uit Rosmalen keek zijn ogen eveneens uit. "Ik heb al vaker gereden in Boxmeer. Toen kon ik nog redelijk anoniem naar de kleedkamer om mijn wielertenue aan te trekken, maar dat is nu wel anders. Heel apart, maar het is wel het mooiste criterium voor ons om te rijden", vertelde de geboren Limburger, terwijl hij om zich heen keek. Net als bij Kruijswijk wilden veel wielerfans met hem op de foto of ze vroegen hem een handtekening.
Teunisssen was drie weken geleden de eerste gele-truidrager van de zondag afgesloten Grande Boucle. "Je zou het bijna vergeten dat ik inderdaad die gele trui heb gedragen, door alle sprints en andere ontwikkelingen die zich daarna tijdens de Tour hebben voorgedaan. Maar ik heb hem nog wel."
Hij zal er zuinig op zijn. Zo vaak mag een Nederlander zich niet in het geel hijsen. De laatste landgenoot vóór Teunissen was Erik Breukink in 1989 en laat die nu maandagavond het startschot lossen in Boxmeer.