Tilburg viert 75 jaar vrijheid: 'Belangrijk om waardering voor veteranen uit te blijven spreken'
Na de bevrijding ontstond een bijzondere band tussen de Schotse soldaten en de Tilburgers. Hoewel ze na de bevrijding van Tilburg meteen veder trokken, kwamen ze enkele weken later terug. De Schotten kregen een paar weken vrij en die brachten ze door in Tilburg en omgeving. Zo’n achtduizend Schotse soldaten logeerden bij Brabantse gezinnen.
Cameron Bannerman was een van die soldaten. Na de oorlog hield hij contact met ‘zijn’ Nederlandse familie, hij zag ze niet regelmatig, want na de oorlog emigreerde hij met zijn gezin naar Australië. Tien jaar geleden, Cameron was destijds negentig jaar, nam zijn zoon Tom hem mee terug naar Nederland. Dit jaar is Tom er weer, deze keer met zijn broer George. Hun vader overleed acht jaar geleden, maar de zoons willen de geschiedenis levend houden door het verhaal van Cameron te vertellen.
'Daar bij die molen'
Tom is nog steeds onder de indruk van de ontmoeting tussen zijn vader en zijn Nederlandse gastgezin “Toen we hier tien jaar geleden waren, zag mijn vader zijn vriendinnen van vroeger weer. Zij waren inmiddels een jaar of 98, maar nog steeds mooie vrouwen. Toen ze elkaar zagen begonnen ze allemaal meteen te zingen.” Tom kent de tekst van het lied niet precies, maar weet nog dat het ging over een molen en een ontmoeting met een meisje. Hij kan de melodie nog neuriën: ‘Daar bij die molen’."
De ontmoeting maakte veel indruk op Tom. Hij wist dat de band tussen zijn vader en zijn gastgezin sterk was, maar het was mooi het ook te voelen toen ze bij elkaar waren. Tom schiet weer vol als hij terugdenkt aan de ontmoeting en is blij dat hij er dit jaar bij is om het verhaal te delen.
Belangrijk dat er aandacht blijft
Ook Pim van der Velden is emotioneel als hij naar het defilé kijkt. Hij is voorzitter van Stichting Veteranen Hart van Brabant en is vooral ontroerd door de overweldigende belangstelling van de Tilburgers voor de optocht. Rijen dik staan mensen langs de kant van de weg om hun waardering te tonen voor de bevrijders. Van der Velden is medeorganisator van deze dag en vindt het belangrijk dat er aandacht blijft voor oorlogsveteranen. Niet alleen voor de veteranen van de tweede wereldoorlog, maar ook voor de zogenoemde jonge veteranen: militairen die zijn uitgezonden na de tweede wereldoorlog.
Van der Velden is zelf zo’n jonge veteraan. Hij diende in de jaren negentig in voormalig Joegoslavië. Zo’n vijf jaar geleden richtte hij met twee collega-veteranen de stichting op, om zich in te zetten voor Brabantse oorlogsveteranen. “Het is belangrijk om waardering voor veteranen uit te blijven spreken. In Nederland hebben we geen oorlog meer gehad na 1945, maar er zijn nog steeds Nederlandse militairen die op uitzending zijn in het buitenland.”
'Belangrijk deel van mijn leven'
Het belang van herdenken beaamt ook Henk Schoenmakers. Hij werd veertig jaar geleden uitgezonden naar Libanon, waar hij een half jaar diende. Schoenmakers vindt het nog steeds fijn om naar herdenkingen te komen, vooral omdat hij dan onder mede-veteranen kan zijn. “Veteraan zijn is een belangrijk deel van mijn leven. Ik ben blij dat ik een bijdrage heb kunnen leveren aan veiligheid in Zuid-Libanon, maar de dingen die ik gezien heb, hebben veel indruk gemaakt. We maakten dingen mee die een normale burger nooit zal zien en nooit zal meemaken. Daarom is het fijn om onder elkaar te zijn. We moeten het niet vergeten. Daarom zijn deze dagen belangrijk.”
De oudste aanwezige veteraan is de Tilburgse meneer Ansems. Hij is honderd jaar oud en was militair van 1938 tot 1947. Ook hij vindt het belangrijk te blijven herdenken en herinneren. “Er zijn zo veel offers gebracht door mensen. Ik was een van die mensen. Herdenken moet blijvend zijn. Dat stopt nooit.”