Vlaamse schuren gered, maar veel andere staan nog op omvallen
De Vlaamse schuur is een schuurtype dat in de provincies Noord-Brabant en Antwerpen voorkomt. Vermoedelijk is dit schuurtype in gebruik geweest bij middeleeuwse abdijen en is het na de middeleeuwen door de Vlaamse boeren overgenomen.
In de loop der jaren zijn veel van dit soort schuren verdwenen uit het Brabantse landschap. Verdwenen betekent in dit geval gestort op de vuilnisbelt. Of gebruikt als stookhout op de brandstapel.
"Zonde", vindt De Stichting Brabantse Boerderij. "Het is juist zo belangrijk om deze schuren niet verloren te laten gaan om zo het cultuurhistorisch erfgoed in Brabant te behouden."
Daarom kwamen zij in actie. De afgelopen vijf jaar zijn er vijftien schuren gered. Samen met de provincie en met particulieren of bedrijven.
Opkopen en herbouwen
Maartje de Jong is een van de mensen die een Vlaamse schuur heeft overgenomen en dus gered. Alle authentieke houten balken zijn genummerd, opgeslagen en vervolgens in de achtertuin van hun boerderij weer herbouwd. In 2015 kwam ze in aanraking met het project, twee jaar later was de opening een feit.
Ooit had ze de droom om een Bed& Breakfast te beginnen. Inmiddels is ze een ander bedrijf gestart; in de schuur worden nu trainingen en workshops gegeven.
"Dat is natuurlijk veel fijner in zo'n mooi pand, dan in een nieuw pand met een systeemplafond en een drukke vloerbedekking. Je merkt dat er behoefte is aan rust en een huiselijke sfeer."
'Dure grap'
De prijzen om een schuur op te kopen variëren behoorlijk. Het is een onderhandeling tussen de verkoper en de geïnteresseerde.
"Soms willen de mensen alleen een vergoeding in de vorm van een aantal kubieke meter zand om het gat in de grond op te vullen. Soms kost het 30.000 tot 40.000 euro om alle authentieke gebinten over te nemen." Om de schuur vervolgens op te knappen, ben je enkele tonnen kwijt, zegt Erik van den Oord van de stichting.
Verdienmodel
De stichting krijgt nog tot het eind van dit jaar subsidie om de Vlaamse schuur te behouden. Daarna moeten ze het op eigen kracht gaan doen.
"Gelukkig is er met dit project een methodiek ontwikkeld met een verdienmodel, zodat we boerderijen en schuren kunnen blijven redden. Er zijn er genoeg die op hun huidige plek geen toekomst hebben."