En de pillenmaker, hij kookte voort: 8 ontwikkelingen in de Brabantse drugsindustrie in 2019
1. De Mexicanen komen!
2019 was een jaar waarin de Brabantse drugsproducenten hun assortiment nog verder leken uit te breiden. Soms met hulp van buitenaf. Dat werd nog het meest zichtbaar in de haven van Moerdijk. Daar hadden Mexicanen een drijvende drugsfabriek in het ruim van een binnenvaartschip. Ze maakten daar crystal meth. En zoiets deden Mexicanen op meer plekken in ons land. Vooral in Zuid-Holland doken labs en opslagplaatsen op. Meer dan ooit.
“We zien de opkomst van industriële hoeveelheden”, zegt een Brabantse rechercheur die bezig is met onderzoeken naar synthetische drugs en anoniem wil blijven. De politie ziet dat ze hier chrystal meth maken met grondstoffen maar dat ze ook poeder meenemen uit Mexico en hier kristalliseren voor consumptie.
Het nieuws over de Mexicanen veroorzaakte verbazing maar ook zorgen. Zijn het drugskartels? Komen de Mexicanen hier zelfstandig werken of zijn ze op uitnodiging van de onderwereld. Mogelijk gebeurt het allebei.
2. Levensgevaarlijke drugslabs
De risico's van drugslabs kwamen ook weer duidelijk in beeld. Werken in afgesloten ruimtes met gevaarlijke stoffen is bloedlink. Gebrek aan zuurstof ligt op de loer. En dat zorgde voor dodelijke slachtoffers, in de herfst stierf een Limburger in een drugslab in Den Dungen.
Een van de grootste ongelukken ooit in een drugslab speelde zich af net over de grens onder Valkenswaard. Daar overleden begin dit jaar drie mannen uit Eindhoven en omgeving.
3. De Brabants-Belgische connectie
Dat lab in Hechtel-Eksel lab bracht de politie op het spoor van een ‘grote en machtige drugsorganisatie’, zoals ze het zelf al gauw noemden. Een netwerk met vertakkingen naar Rilland, Esch, Antwerpen. En naar de schoonzoon van Klaas Otto.
Die Brabants-Belgische connectie was er in meer gevallen dit jaar. Zoals bij het drugslab in Wuustwezel, onder Achtmaal. Een crystal meth lab, met, jawel: Mexicanen én Nederlanders. Het onderzoek vanuit de eenheid Zeeland-West-Brabant leidde naar een kasteelvilla in het Belgische Poppel. Volgens de politie aan beide kanten van de grens woont hier een van de kopstukken van de synthetische drugsmaffia. “Een man uit de toplaag”, zeggen ingewijden bij de recherche.
In de tuin vonden agenten een beeld van een bronzen stier: symbool van handel. Hetzelfde soort beeld staat bij Wall Street.
Na deze zaak kwam er nog eentje toen de politie binnenviel bij een wielercafé in het Vlaamse plaatsje Diksmuide. Onder de kroeg zat een drugslab. Ook weer met een link naar het Tilburgse en verdachten uit Oisterwijk. Het maakt ze niet uit om twee uur in de auto te zitten, om dik 200 kilometer van huis drugs te maken, midden in het voormalige slagveld van de Eerste Wereldoorlog. De miljoenenwinsten tellen.
4. Uitbreiding van het werkgebied
“We zien ze nog verder van huis bezig”, zegt een rechercheur. Hij wijst op een voorbeeld van de bekende ‘drugskok’ uit Tilburg: Stan de C. Die kreeg dit jaar 10 jaar cel voor een drugslab net over de grens in Duitsland. De verhuizing is al langer zichtbaar. Politie en OM zien het als uitbreiding van het werkgebied, niet als vertrek.
Dat zag je ook in een lab in het Gelderse Zevenaar, waar volgens de politie een Tilburgs duo kookte. Een duo dat in beeld kwam omdat ze ook drugs maakten onder een garage in Rijen (2018) en bij een kalverboer in Baarle-Nassau (2017).
De gigantische opslagplaatsen die dit jaar werden ontdekt lijken dat idee te ondersteunen: Nieuwendijk, Nuenen en Breda (in een woonwijk). Voorraden dichtbij ‘de fabriek’.
5. Steeds grotere ketels
Als je alleen kijkt naar het aantal ontdekte labs zijn geen spectaculaire verschuivingen te zien in 2019. In totaal kwamen er zo’n 20 ontmantelde drugslabs in het nieuws. Dat aantal gaat nog wel iets veranderen omdat er nog onderzoeken lopen en niet alles naar buiten is gebracht maar de trend is duidelijk, geen grote stijging of daling.
Maar als dichter inzoomt op die labs, valt wel wat op. “We zien steeds grotere ketels”, zegt een rechercheur. Twee 1000 liter-ketels in het Zwingelspaan-lab en in Esch ook een ketel van 1000 liter. Die groei van de ketels is overal in Nederland opgevallen. In Ede (Gelderland) vonden ze vermoedelijk de grootste ketel ooit. Gelderland zag dit jaar een fikse toename in het aantal drugslabs. Het lijkt daar intussen de omvang te krijgen van Brabant.
De labs ogen ook vaak erg professioneel. Zoals het lab in Zwingelspaan dat veilig ingericht was, goede ventilatie had een enorme, bijna industriële capaciteit had dus veel speed kon maken.
6. Vaker dumpingen in riool of rivier
En dan de vele dumpingen die onze provincie al decennia teisteren. Dat aantal is niet fors gegroeid, maar eerder gedaald. Een zestigtal dumpingen kwam volop in het nieuws.
Daarnaast waren er nog tientallen kleinere dumpingen. Maar minder dan in 2018. Toch waarschuwt de politie voor optimisme: het dumpen gaat gewoon door. Maar minder in het bos, wel vaker in riool en rivier. Verbranding, export? Wie zal het zeggen.
7. Brabant minder vaak tussenstop
Ook de cocaïnemarkt zag verschuivingen. Brabant lijkt minder in trek als tussenstop voor de cokehandel. Er is in ieder geval minder gevonden en dat is opvallend want tot nu toe steeg het ieder jaar.
In 2018 had 14.000 kilo coke de bestemming Brabant. In 2019 was dat stukken minder: zo’n 4300 kilo. Waarbij moet worden opgemerkt dat dat cijfer bepaald wordt door de grootste vangst van dit jaar: 2000 kilo in Alphen. Wat erachter zit is lastig te zeggen. Duitse havens zoals Hamburg lijken wat vaker in beeld. Maar ook dichterbij huis: Vlissingen, waar meer cokezendingen zijn onderschept dan voorgaande jaren, maar wel kleinere partijen steeds.
8. Opkomst van de cokewasserij
Maar daar staat tegenover dat we de opkomst zagen van het drugslab in deze branche: de cokewasserij. Vroeger zeldzaam in Brabant maar dit jaar vond de politie ineens twee productielocaties: in Heeswijk Dinther en Sint Willebrord. En ook aan de Zeeuws-Brabantse grens in Oud-Vossemeer was er een gigantisch lab. Allemaal fabriekjes waar met chemische stoffen cocaïne uit smokkelproducten wordt 'gewassen'. Die smokkelproducten zijn dan bijvoorbeeld pakken vruchtensap, shampooflessen maar ook spijkerbroeken. Slim verstopt, moeilijk op te sporen.
Ondanks die vondsten lijkt de onderwereld niet te stoppen. Hoogstens werken de vangsten verstorend. Het toont nog maar eens aan dat Brabant een aantrekkelijk vestigingsklimaat heeft, zoals dat heet. En ongekende mogelijkheden.