‘Tilburgse drugsbaron haalde Colombianen naar Europa‘
Officieel koppelt de politie Kees F. (42) aan een crystal methlab dat vorig jaar zomer werd ontdekt in de grensstreek in Wuustwezel (B). En ook aan een lab in Driebruggen bij Gouda in 2017.
'Weinig bewijs'
De advocaten in het proces zijn kritisch. Die vinden het allemaal nogal dunnetjes, vooral die beschuldigingen over drugs.
Op de eerste openbare zitting maandag in de rechtbank in Den Bosch werd duidelijk dat het OM inderdaad nog niet het achterste van de tong laat zien. De officier van justitie benadrukte wél dat het bewijs steviger wordt ‘bij iedere stap die we zetten.’
Verdachten
In de rechtszaal zat Kees F. voor het eerst in het beklaagdenbankje. Kalend, stevig postuur, in het zwart gekleed. En vooral zwijgzaam.
Rechts naast hem zijn vriendin Maria V. (37) uit Tilburg. En links naast hem Quincey S. (40) uit Maasdijk, zijn belangrijkste assistent, denkt de recherche.
Lachgas
Die jaagt al zeker sinds 2015 op Kees: in stilte. Want niemand kent hem. Als je hem kent, is het misschien van de lachgashandel. Daar zat hij in. Zat. Want het spul was ooit ‘hot’, maar nu is die business omstreden geworden. Samen met Quincey verkocht hij lachgas. Maar volgens de recherche handelde hij ook in illegale dingen zoals pillen, speed en crystal meth.
De recherche is ervan overtuigd dat hij een grote man is achter de schermen. Niet een kleine speler, zoals de politie ze vaker tegenkomt: mannen die het vieze en gevaarlijke werk doen in de drugslabs of het middenkader dat organiseert en regelt. Nee, dit is iemand uit ‘de toplaag van de piramide’ zo klinkt het in politiekringen.
Auto's afgeluisterd
Er wordt gefluisterd dat zelfs zijn villa in Poppel zou zijn afgeluisterd. Daarover hebben de advocaten nog niks gelezen in het dossier.
Zeker is wel dat de politie microfoons verborg in de auto’s van verdachten, zoals de wagen van Quincey. De officier vertelde daar op de zitting wat meer over. Het waren gesprekken over de reis naar Colombia die hij met Kees zou hebben gemaakt. Nee hoor, niks drugsreis. “Dat was voor een trouwerij”, heeft Quincey tegen de politie gezegd.
Crimineel uitje in de Efteling
De beschuldigingen komen erop neer dat die reis was bedoeld om samen met Kees contacten te leggen met mensen daar, voor de productie van synthetische drugs hier. En dat contact kwam er.
Quincey ontving een groepje Colombiaanse criminelen in De Efteling. Ook dat kon Quincey wel uitleggen in zijn verhoor. Hij zei dat de Colombianen hier een kippenboerderij wilden bouwen. Maar volgens ingewijden waren de Colombianen op zoek naar een geschikte plek voor een cokewasserij.
Rijk worden
Op verborgen microfoons hoorde de politie een van de verdachten zeggen dat ze ‘de rijksten van Europa zouden worden’.
Er werd gesproken over ‘een kok’, vaktaal voor een laborant die drugs maakt. Wie wát zei, wilde de officier niet verklappen. Dat komt later.
De Baas
De agenten in de tapkamer hoorden Quincey S. steeds praten over ‘De Baas’. ‘Dat hij zelfs voor De Baas zou sterven als het moest’, vingen ze op. De politie kreeg ook signalen over bedreigingen in de onderwereld, mensen die een pistool op hun kop gezet kregen. Quincey had een rol als beschermer.
Hij paste op Kees zijn huis als die weg was. Zijn kapitale villa in Poppel. Dat is namelijk een andere belangrijke beschuldiging aan het adres van Kees: witwassen. Kees en zijn vriendin Maria reisden veel, onder meer naar Dubai. Ze hadden geldbedragen, aandelenpakketten en auto’s. En hun huis in Poppel werd verbouwd voor 800.000 euro. Allemaal met misdaadgeld, denkt het OM.
Bronzen stier
Op 1 oktober 2019 viel de politie binnen in Poppel. Daar vonden ze ook een koperen beeld van een stier, zo eentje die ook metersgroot op Wall Street staat in New York, als symbool voor bloeiende handel. De politie nam hem in beslag en wekte de indruk dat hij kostbaar is. “3000 euro is hij waard”, zei de advocaat van Kees. Hij was de enige die niet vroeg om tijdelijke vrijlating.
De advocaten van Quincy en Maria vroegen dat wel. Maar de rechtbank vindt de aanklacht zo zwaar dat ze alle drie in de cel moeten blijven tot de volgende zitting in het voorjaar.