Noodhulp is volgens horeca dooie mus: 'Dit is de nekslag voor veel ondernemers'
Het valt natuurlijk niet mee, van de een op de andere dag wordt je café of restaurant door de coronacrisis door de overheid gesloten en je omzet gereduceerd tot nul. De vaste lasten daarentegen lopen gewoon door waardoor er grote problemen dreigen.
Gelukkig komt de overheid meteen met een pakket aan financiële maatregelen. Bijvoorbeeld de NOW, de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid. Maar volgens Johan de Vos van Koninklijke Horeca Nederland is die niet toereikend voor zijn sector. "We worden blij gemaakt met een dooie mus en we zitten met de NOW aan te hikken tegen de grootste bom onder de horeca."
Zorgen in plaats van opluchting
De NOW is bedoeld bedoeld om werkgevers die te maken hebben met omzetverlies tegemoet te komen. Met geld van de overheid kunnen zij hun werknemers met een vast en met een flexibel contract doorbetalen. De regering gaat tot negentig procent van de loonsom vergoeden, zo was de boodschap van minister Koolmees. Werknemers krijgen hierdoor honderd procent salaris en mogen dan niet worden ontslagen.
Bekijk de video waarin Johan de Vos uitlegt wat er mis is met de NOW-regeling. De tekst verder onder de video.
Vele ondernemers haalden in eerste instantie opgelucht adem door deze tegemoetkoming, maar volgens Johan de Vos van de Bredase afdeling van Koninklijke Horeca Nederland is de maatregel helemaal niet toereikend. De opluchting heeft plaatsgemaakt voor grote zorgen.
"We horen de minister overal roepen dat je tot negentig procent vergoedt krijgt van de loonsom, maar na een simpele rekensom kom je nog niet in de buurt. Wij hebben uitgerekend dat je op maximaal 75 procent komt. En dat is in het gunstigste geval. Dat komt omdat het ministerie de sociale lasten anders berekent. Wij moeten nu 25 tot 40 procent betalen."
Als er geen geld binnenkomt, is het vet op de botten heel snel verdwenen.
En dat heeft volgens De Vos enorme consequenties. De eigen bijdrage van de bedrijven is dus groter dan gedacht. "Als er geen geld binnenkomt, is het vet op de botten heel snel verdwenen", zo legt hij uit.
"Het is niet dat we niet willen betalen, maar we kunnen het niet betalen. We stevenen rechtstreeks af op faillissement als het niet aangepast wordt, want niemand in Nederland kan dit betalen. Of je nou een klein of een groot bedrijf hebt Mensen zitten met de handen in het haar, ik noem dit niet voor niets de grootste bom onder de horeca. Daarom luid ik de noodklok, want dit is het eerlijke verhaal."
Blij gemaakt met dooie mus
Johan de Vos begrijpt dat de overheid tijdens de coronacrisis niet alle bedrijven kan redden in de horeca. Er zijn natuurlijk cafés, hotels en restaurants die het al moeilijk hadden of al problemen kenden. Of te weinig buffer hebben opgebouwd. Bovendien heeft minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gezegd hij tot 90 procent kan vergoeden bij 100 procent omzetverlies, wat nu veelal het geval is in de horeca. Maar niet dat hij negentig procent gaat vergoeden.
Ik hoop dat de boodschap aankomt, want dit is voor de horeca de nekslag.
"Het was eerlijker als hij had gezegd dat de vergoeding voor de horeca 75 procent is van de loonsom", zo meent De Vos, "Heel veel ondernemers zijn nu gaan rekenen met 90 procent vergoeding bij honderd procent omzetverlies. Zij gaan af op de woorden van de minister die dat overal open en bloot in de media roept. Je zet ondernemers op het verkeerde been en maakt ze blij met een dooie mus. Het is gewoon niet waar. Leg ons maar eens uit hoe we aan 90 procent kunnen komen."
De overheid heeft natuurlijk razendsnel een noodpakket aan maatregelen moeten bedenken. Al eerder zagen we dat deze vloeibaar zijn. Johan de Vos hoopt dat dit ook geldt voor deze kwestie. "De oplossing is een stukje maatwerk", zo meent hij. "Ik heb er respect voor dat het ministerie dit in zo'n korte tijd uit de grond stampt, maar je zult moeten gaan schuiven. Ik hoop dat de boodschap aankomt, want dit is voor de horeca de nekslag als het blijft zoals het is."