Voetbalcompetitie hervatten is 'heel lastig', vindt ook burgemeester Paul Depla van Breda
De burgemeesters van voetbalsteden vrezen dat het spelen van de laatste wedstrijden in de competitie te veel politie-inzet zal vergen. Want als er weer gevoetbald mag worden, dan is het verbod op groepsevenementen opgeheven en dat zou betekenen dat supporters elkaar ook weer mogen opzoeken, in of buiten het stadion. Acht wedstrijden afwerken in ruim een maand tijd lijkt de burgemeesters ook erg veel.
Voetbal en veiligheid
Depla neemt namens alle burgemeesters van voetbalsteden deel aan de regiegroep Voetbal en Veiligheid. Ook de voetbalbond KNVB, politie, justitie en het Ministerie van Veiligheid zitten in deze groep.
De burgemeesters wachten overigens een beslissing hierover van de overheid af. "Eerst moet het kabinet weer toestemming geven voor groepsevenementen. Dan moet de KNVB met een plan komen en vervolgens zullen de burgemeesters bekijken of dat ook kan", meent Depla.
Kampioenschap of degradatie
De Bredase burgemeester stelt verder dat er op de laatste wedstrijden in het seizoen veel spanning staat 'omdat het om een kampioenschap of degradatie kan gaan. Dat maakt het eens te meer een zware klus om dat in goede banen te leiden'.
Eerder sprak burgemeester John Jorritsma van Eindhoven zich uit tegen het hervatten van de competitie na 1 juni. Hij vreest dat supporters dan zouden samenscholen in de stad, waarmee je precies datgene bereikt, wat je niet wilt. Hij vreest problemen voor de openbare orde en dat zou volgens hem niet alleen voor PSV in Eindhoven gelden, maar ook voor Amsterdam en Rotterdam.
Zonder publiek
Depla: "Er wordt geopperd dat spelen zonder publiek veel minder politie-inzet zou vragen. Dat klinkt logisch, maar dat is niet zo. Want dan moet de politie een kordon rondom een stadion leggen en zullen supporters elkaar elders gaan opzoeken. Dat vergt evengoed veel politiecapaciteit. En als er weer gevoetbald mag worden, zijn er ook weer andere evenementen, waarvoor ook politietoezicht nodig is."