Maartens moeder heeft Alzheimer: 'Als ze al die mondkapjes ziet, heeft ze geen idee wat er mis is'

24 april 2020 om 15:04 • Aangepast 1 mei 2020 om 13:34
nl
In een verpleeghuis in Valkenswaard zijn in twee weken tijd zeven van de twaalf bewoners van een gesloten afdeling overleden aan de gevolgen van het coronavirus. Politieman Maarten Brink maakte zich grote zorgen over zijn moeder, die vergevorderde Alzheimer heeft. “Mijn moeder ziet heel veel mondkapjes, maar heeft geen idee wat er aan de hand is.”
Profielfoto van Cor Bouma
Geschreven door

Maarten (44) woont in Etten-Leur met zijn gezin. Hij is politieagent en voorzitter van de politievakbond ACP. Zijn ouders zijn door de coronacrisis van elkaar gescheiden. “Mijn vader van 78 woont in Eindhoven en mijn moeder van 77 heeft vergevorderde Alzheimer en wordt verpleegd in Valkenswaard."

Maarten ondervond aan den lijve hoe zwaar de situatie in een verpleeghuis kan zijn. “Diep respect voor het personeel dat daar onder zeer moeilijke omstandigheden moet werken. En dan verliezen ze binnen twee weken 7 van de 12 mensen die ze verzorgen op de gesloten afdelingen voor mensen die dementeren. Dat geeft wel en groot gevoel van onmacht.”

Een drama, noemt Maarten de taferelen die zich afspelen achter de deuren van zo’n verzorgingshuis. “Wat krijgen ze mee? Mijn moeder zit de hele dag op haar kamer en krijgt geen bezoek. Ze ziet personeel nu met mondkapjes bijvoorbeeld, dus ze voelt wel dat er iets aan de hand is. Ik word door het verpleeghuis uitstekend op de hoogte gehouden, hoor. Maar zij weet niet wat er aan de hand is.”

Maarten Brink en zijn moeder.
Maarten Brink en zijn moeder.

“Ik kan mijn moeder niet bezoeken en mijn vader, die ook Alzheimer heeft, mag er ook niet naartoe. Dat is hard. Het kost veel energie om hem thuis te houden, want hij snapt het niet en stapt gewoon op zijn fiets om naar de Albert Heijn te gaan of naar ’t terras in Valkenswaard. Of hij reed naar mijn moeder, even een ijsje eten. Maar, dat kan niet meer. Hij heeft haar al zes of zeven weken niet gezien.”

Het risico is te groot om mijn vader op te zoeken, ook al is dat op anderhalve meter.

Maarten is enig kind en woont een uurtje rijden van z’n ouders. Hij belt veel met zijn vader en overlegt voortdurend met het verpleeghuis in Valkenswaard. Hij is blij dat er ondanks de beperkingen in deze coronatijd ook veel mensen zijn, die voor zijn ouders zorgen. “Een paar neven en een vriend halen en brengen de was, een KLM-purser kookt wat extra en brengt dat naar mijn vader. Zulke initiatieven zijn prachtig om te zien.”

“Door mijn werk als politieagent ga ik bewust niet bij mijn vader langs”, legt Maarten uit. “Ik kom dagelijks in contact met veel mensen en ook met mensen, die corona hebben of in ieder geval de verschijnselen. Het risico is dan te groot om mijn vader op te zoeken, ook al is dat op anderhalve meter. Wij kunnen niet op anderhalve meter werken. Als de situatie erom vraagt, moeten wij ingrijpen. Dan heb je geen tijd om even een mondkapje te pakken en een bril.”

Maarten prijst zich gelukkig dat zijn ouders nog niet zijn besmet, dankzij alle maatregelen. “Mijn moeder zei altijd al: onkruid vergaat niet.”

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.