Minister biedt zijn excuses aan voor fouten in groot onderzoek naar gedwongen afstand en adoptie
De overheid laat een uitgebreid onderzoek doen naar de misstanden die zijn begaan bij binnenlandse adopties tussen 1956 en 1984. In die periode werden veel pas geboren baby's van moeders die ongewenst zwanger waren geweest ondergebracht in doorgangshuizen. Dat gebeurde meestal niet vrijwillig. Ongeveer 15.000 kinderen zijn toen ter adoptie afgestaan.
In juni erkende de minister al in een brief aan de Tweede Kamer dat er van alles misging in het onderzoek. Bijna zevenhonderd afstandsmoeders, adoptiekinderen en andere belanghebbenden deden hun verhaal bij een aanmeldpunt. De verhalen werden niet altijd anoniem bewaard. Ook wisten ze niet wie die verhalen allemaal kon lezen. Kortom, de privacy van de belanghebbenden kon niet gewaarborgd worden. Het bleek ook dat het onderzoek deels werd gedaan door Fiom, die in de vorige eeuw zelf betrokken was bij de adoptiepraktijken.
Onderzoek tegen het licht
Minister Dekker liet donderdag weten dat hij wil meegaan in de vraag van de Kamer om een onafhankelijke deskundige die het onderzoek tegen het licht moet houden. Die moet dan als het aan de minister ligt, vooral naar het deel van het aanmeldpunt en Fiom kijken.
Dekker zegde wel toe dat iedereen die zijn of haar verhaal verteld heeft een schriftelijke versie thuis krijgt gestuurd, om te kijken of het verhaal goed op papier gesteld is. Ook kunnen de belanghebbenden aangeven of hun verhaal bewaard mag worden om eventueel anoniem in een boek te verschijnen over de misstanden.
Maanden vertraging
Minister Dekker denkt dat het onderzoek maanden vertraagd zal worden vanwege het herstellen van de vele fouten in het onderzoek.