Achternichtje van nazi-echtpaar brengt bestek van Joodse familie terug naar Tilburg
“Een achternichtje had bij het opruimen van het huis van haar oud-tante in Duitsland deze spullen gevonden en voelde zich zeer bezwaard. Via een zoektocht op internet is ze zes weken geleden bij mij terechtgekomen”, vertelt historicus en hoogleraar Arnoud-Jan Bijsterveld, sinds 2000 de bewoner van het huis. Toen hij er kwam wonen, vond hij in het huis verschillende spullen en is hij zich gaan verdiepen in de geschiedenis van de eerdere bewoners, de joodse familie Polak.
“De familie Polak was in 1940 al gevlucht, alleen hun zoon woonde nog in dit huis. Die is er in 1941 uit gegooid, waarna de oud-oom van deze Duitse vrouw het huis voor een laag bedrag heeft gekocht. In 1944 is de familie Kühnert, eigenaar van de textielfabriek aan de Zuid-Oosterstraat, teruggegaan naar Duitsland en nam ze een deel van de inventaris mee”, zegt Bijsterveld die al een film maakte en een boek schreef over vermoorde en gevluchte Tilburgse Joden.
Mensen willen schoon schip maken.
Het achternichtje, dat liever anoniem blijft, en haar man stonden zondagochtend op de stoep met twaalf dessertlepels en drie opdienlepels. “Ze kende het verhaal en schaamde zich ervoor. Ze wilde graag een gebaar maken door het bestek terug te geven.”
Voor Bijsterveld was het een bijzondere dag. “Mensen van die generatie gaan op zoek naar hun geschiedenis. Het verleden zit ze al jaren dwars. Ze worden dan ook heel snel persoonlijk. In korte tijd wordt lief en leed gedeeld. Ze zijn zichtbaar opgelucht als ze hun verborgen verhaal hebben verteld en door hier te komen wordt het ook nog eens tastbaar. Mensen willen schoon schip maken.”
Van het bestek gaan de dessertlepels naar een lid van de familie Polak in Amerika. De drie opdienlepels blijven in het huis aan de Prof. Dondersstraat waar ze 75 jaar geleden verdwenen.