Stokoude draaiorgels krijgen een plek in Helmond: 'Geschiedenis komt tot leven'
Jarenlang stonden de orgels in de voormalige brandweerkazerne die was omgedoopt tot Gaviolizaal, naar de uitvinder van het orgelboek. Maar het gebouw is gesloopt om plaats te maken voor woningbouw en met het gebouw is ook de Gaviolizaal verdwenen.
Kolossale omvang
“We eren met ons nieuwe museum de familie Bocken”, zegt bestuurslid Alfons Vogels van de draaiorgelstichting in Helmond. “Die familie had hier een danszaal, maar ze trokken met hun draaiorgels ook rond. De drie grote orgels die hier staan, waren van hen en zijn door de familie geschonken aan de gemeente.”
De kolossale orgels waren gemakkelijk te demonteren en weer op te bouwen en werden destijds per trein vervoerd. Het kostte de ploeg van orgelbouwer Martin Conrads ook nu maar een paar uur om het oudste orgel, De Mortier, weer in elkaar te zetten. De enorme omvang leek wel voor problemen te zorgen, zegt bestuurslid Alfons Vogels. “Het paste maar net tussen de spanten van de loods. Het zit er nu zo strak tegenaan dat je er nog geen vloeitje meer tussen krijgt.”
Draaiorgelpronkstukken in Helmond:
De danszaal als vertier
Het nieuwe museum Bocken wordt een replica van de oude danszaal van de familie. “We brengen hier weer een stuk geschiedenis van Helmond tot leven”, legt bestuursvoorzitter Paul van Wetten uit. “Voor de hardwerkende arbeiders in de textielstad Helmond was dansen in zaal Bocken de enige vorm van vertier. Dat zal hier straks ook weer mogelijk zijn.” De inrichting van het museum is om die reden ook in de zware art-decostijl van de jaren twintig, met veel rood behang, pluche en dikke vloerbedekking.
Pronkstuk van het museum is de Grote Gaudin, een uniek orgel waarvan er wereldwijd nog maar één is en dat staat dus in Helmond. “Er is wel een replica van gemaakt. Dat is in Amerika onlangs voor 1,25 miljoen dollar verkocht.”
Behalve het orgelmuseum Bocken gaat ook het Edahmuseum gebruik maken van de monumentale opslagloods. De twee musea werken straks samen in een horecagedeelte en willen ook voor groepsrondleidingen een aanvulling zijn op elkaar. “Er is zoveel te vertellen over orgels”, zegt Paul van Wetten enthousiast. “Eigenlijk waren dit de eerste computers. En tegelijk zijn het de grootste instrumenten.”