'Al reanimerend reden we naar de spoedeisende hulp', coronadrukte in het Amphia
De tweede coronagolf overspoelt de Brabantse ziekenhuizen. Overal staan zorgmedewerkers in de frontlinie om de covid-patiënten zo goed mogelijk te helpen. Voor Omroep Brabant houden vijf van hen een videodagboek bij. Hier lees en zie je hun verhalen.
Afgelopen weekend kwam Arjan aan voor zijn late dienst in het Amphia Ziekenhuis. Hij was nog maar amper binnen, toen hij al naar de parkeerplaats werd gestuurd om een patiënt uit zijn auto te helpen. Die was al niet meer in staat om zelf het ziekenhuis in te komen. Maar bij de auto blijkt het nog veel erger: “De patiënt bleek in zo’n slechte toestand, dat we meteen moesten reanimeren”, herinnert Arjan zich.
"Ik zat bovenop de patiënt. Al reanimerend reden we naar de spoedeisende hulp."
De patiënt werd op een brancard gelegd en naar de traumakamer gereden. “Ik zat bovenop de patiënt, al reanimerend reden we naar binnen, naar de spoedeisende hulp. Mijn collega's reden heel hard met de brancard naar de traumakamer.”
De situatie die Arjan vervolgens in die traumakamer aantreft, is tekenend voor hoe immens druk het is in het Amphia. Net daarvoor is er een andere reanimatie geweest en er was nog geen moment tijd om de kamer weer op te ruimen. “Het was een bende. Die andere reanimatie was doorgegaan op een andere plek. Maar bijvoorbeeld de crashcar zoals we die noemen, was meegenomen.” Gelukkig zijn er genoeg crashcars voorradig in het ziekenhuis. “Wij hebben op de traumakamer ons best gedaan om het leven te redden van de patiënt die we op de parkeerplaats hadden opgehaald. Maar het is niet gelukt.”
De patiënt die even ervoor was gereanimeerd in de traumakamer waar Arjan kwam, bleek een Covid-19-patiënt. “Die heeft het ook niet gehaald”, vertelt Arjan. Het bizarre toeval wil dat familieleden van die patiënt óók op de spoedeisende hulp waren opgenomen, óók met corona. “Zieke familieleden konden op de spoedeisende hulp meteen afscheid nemen.”
"Dan gaat de zorg door. Zoals de zorg altijd doorgaat."
Het zijn onwerkelijke taferelen voor Arjan en zijn collega’s. “Daarna hebben we de traumakamer opgeruimd, gepoetst en weer aangevuld. Ondertussen konden we even met elkaar praten, dan merk je pas hoe het je niet in de koude kleren gaat zitten. Het blijft er toch inhakken.”
Twee patiënten verliezen op een dag, zieke familieleden met corona die afscheid nemen van een geliefde. En het was pas het begin van Arjans dienst. “Daarna gaat het gewoon verder, op een hele volle spoedeisende hulp”, klinkt het gelaten. “Dan gaat de zorg door, zoals de zorg altijd doorgaat. Maar het zijn hele heftige tijden. Zeker voor de verpleegkundigen in mijn ziekenhuis.”
Hier zie je het verhaal van Arjan en verhalen van zijn collega’s: