GGD-arts en OMT-lid Ariene Rietveld: ‘Had niet gedacht dat we hier na een jaar nog in zouden zitten'
Hoe gaat het met u?
“De ene dag gaat beter dan de andere. We hebben zoveel gedaan, maar het houdt gewoon niet op. En het is spannend wat er nog gaat gebeuren. Je neemt je rust, maar afstand nemen van alles wat speelt, dat mis ik wel.”
Uw regio groeide in maart uit tot coronahotspot. Wat is u bijgebleven?
“Alleen de allerzieksten konden worden getest. Dus we spraken veel mensen die ook écht heel ziek waren. Mensen met wie ze contact hadden en ook klachten hadden, daar gingen we gewoon vanuit dat die ook besmet waren."
"We moesten elke melding telefonisch doorgeven aan het RIVM. Als wij iemand wilden laten testen, moest die extra geanalyseerd worden. Dat was zoveel werk. We hingen positieve personen geanonimiseerd op A3-vellen aan de muur voor bron- en contactonderzoek. Maar het waren er gewoon teveel, we liepen best snel over.”
Wanneer dacht u: dit houden we niet meer?
“Toen de vellen van de muur afgingen, omdat we er toen geen zicht meer op hadden. Dat moet je dan proberen te accepteren.”
In het najaar kwam de tweede coronagolf. Hoe heeft u de zomer beleefd?
“Het was heel lastig, want je wilt dat het leven weer normaal wordt. Mensen die in het buitenland vakantie vierden, hielden ook vakantie van de richtlijnen. Veel mensen die terugkwamen, hadden corona. Dan houd je je hart vast. Zeker als de introductieperiode voor studenten begint. In een studentenstad als Tilburg begonnen de uitbraken in studentenhuizen. Zij hadden vaak heel veel contacten: bij de hockeyclub, de voetbalclub, verschillende vriendengroepen. Daarna raakten ook hun ouders en grootouders geïnfecteerd.”
Welke les trekken we daaruit?
“Idealiter heeft iedereen een eigen groepje, een soort bubbel en niet telkens wisselende contacten. Je zou willen dat iedereen de urgentie voelt om dat inderdaad zo te doen.”
Maar de realiteit is?
“Dat mensen de urgentie niet meer zo zagen als tijdens de eerste golf. Dat is jammer. Ook nu de meldingen weer stijgen, door de besmettelijkere varianten."
Volgens het RIVM zijn we begonnen aan de derde golf. Hoe logisch is het dat het kabinet kiest voor versoepelingen?
“Vanuit infectieziektebestrijding is dat niet logisch, maar uit maatschappelijk oogpunt kan ik me voorstellen dat je zegt: nu iets meer ruimte geven, maar wel afspreken je aan de regels te houden.”
Hoe groot is de kans dat we over een maand teruggaan naar zwaardere maatregelen?
Een beetje lachend: “Dan hebben we een andere Tweede Kamer. Ik vind het lastig om te zeggen. Ik hoop dat we dan weer een stukje los kunnen en iedereen zich goed gedraagt.”
Is dat niet naïef?
"De meeste mensen houden zich best goed aan de regels. Ik ga uit van het goede in de mens."
Als OMT-lid adviseert u over hele ingrijpende zaken. Hoe is dat?
"Het OMT is gelukkig een grote groep deskundigen, dus je deelt die verantwoordelijkheid. Wel heb ik erg te doen met jongeren. Die zitten in een periode van grote verandering in hun leven en worden beperkt in manieren om zichzelf te zoeken. Jongeren hebben veel last van maatregelen, maar niet van de ziekte."
Zijn de maatregelen voor jongeren dan wel proportioneel?
"Ze hebben de meeste contacten. En je wilt hen ook niet belasten met de kans dat zij hun ouders en grootouders besmetten, die ziek worden of overlijden. Ik denk dat we niet anders kunnen."
De overheid kiest soms een andere weg dan die van het OMT-advies. Stoort u dat?
Rietveld zucht, lacht, en is twee seconden stil. "Het OMT geeft adviezen op basis van medische grond. En als het kabinet denkt goede argumenten te hebben dat op een andere manier te doen, dan is die vrijheid er. Idealiter volg je de medische adviezen om het virus eronder te krijgen, maar in de afgelopen 20 jaar heb ik geleerd dat bestuurders soms andere argumenten gebruiken dan alleen het medische. Andere aspecten zijn ook belangrijk.”
In risicoanalyses werd een pandemie voorspeld. Is dit wat we konden verwachten?
“Ik denk dat niemand dit had voorspeld. Wel hadden we voorproefjes: q-koorts, maar dat is niet van mens op mens overdraagbaar. De Mexicaanse griep konden we snel meenemen in de jaarlijkse vaccins. En we bereidden ons voor op een ebola-uitbraak, waarvan in Nederland twee patiënten waren. Wat we nu meemaken is buitenproportioneel. Ik had niet gedacht dat we er nu nog steeds in zouden zitten.”
Wat wilt u leren, voor een volgende virusuitbraak?
"Ik hoop dat we over een jaar weten: deze maatregel gaf de doorslag, of juist niet. Hoe belangrijk was het handen wassen precies? Hielp het schoonmaken van de winkelwagens? De mondkapjes? En de avondklok?"
Tot slot: Wat hoopt u dat we als maatschappij leren van deze periode?
"We waren best verwend. We dachten: alles kan, er gebeurt ons niks. Terwijl we door klimaatverandering en reisbewegingen vaker infectieziektes zien, die we hier nooit hadden verwacht. Risico op rabiës bijvoorbeeld, het westnijlvirus, meer teken, de papagaaienziekte. We moeten bedenken dat mensen ziek kunnen worden van dieren, maar ook van elkaar. We mogen best wat milieubewuster leven.
Omroep Brabant blikt terug op één jaar corona. Bekijk hieronder alle verhalen.